Uitleg beeldscherm & bediening van de functies
Toets voor naaldstop boven/onder
Als op de toets naaldstop boven/onder wordt gedrukt,
•
–
stopt de naald nadat de machine stilstaat in de
hoogste of laagste stand.
1
Druk op de toets, zodat de pijl op het beeldscherm
naar boven wijst
de naald wordt in de hoogste stand verzet en blijft
–
in de hoogste stand als de machine stopt.
2
Druk op de toets, zodat de pijl op het beeldscherm
naar onder wijst
de naald wordt in de laagste stand verzet en blijft in
–
de laagste stand als de machine stopt.
A
Anwijzing
Als tijdens het naaien op de toets naaldstop boven/onder
wordt gedrukt, stopt de machine automatisch.
Snelheidsknop
Als de stand van de snelheidsknop wordt veranderd,
•
kan de maximale naaisnelheid tijdens het naaien
–
worden verminderd.
De stand van de snelheidsknop bepaalt de naaisnelheid als
het pedaal geheel naar beneden wordt gedrukt.
Voor hogere snelheid: de knop met de wijzers van de
•
klok meedraaien.
Voor lagere snelheid:de knop tegen de wijzers van de
•
klok in draaien.
Als de machine met de start-/stoptoets wordt bediend, wordt
met behulp van de snelheidsknop de actuele naaisnelheid
bepaald.
A
Anwijzing
Snelheidsregeling is alleen in de naaimodus mogelijk.
26
1
2