3. Machine- en bedieningselementen
Maaibalk-loopschoenen
Aan de maaibalken zijn aan de onder-
zijde vaste glijijzers gemonteerd. Voor
een grotere glijafstand kunnen aan de
maaibalken 2 in hoogte verstelbare loop-
schoenen worden gemonteerd (specia-
le uitvoering agria nr. 713 22 = 1 paar).
Bij de maaibalkuitvoering S moet het
O
aanwezige glijijzer worden omgemon-
teerd, zo dat de welving naar boven wijst
(zie afb. O).
Voor hoogteverstelling zeskantige moe-
ren (O/1) losmaken en loopschoenen
3
(O/2) verschuiven, vervolgens zeskan-
tige moeren weer vastdraaien.
Om het maaien gelijkmatig te laten ver-
lopen moeten de loopschoenen op ge-
lijke hoogte worden ingesteld.
26
agria weidemaaier 5300