5. Onderhoud en reparatie
oliepeil
1 afsluitplug
2 afdichtring
1 Olievul-afsluitschroef
2 Afdichtring
3 Afdichtring
4 Aftapplug
Wielaandrijving
De wielaandrijving is gevuld met transmissieolie als constante smering, verversen
is niet nodig. Zolang aan de buitenzijde geen verlies van smeermiddel aan de hui-
zen en de afdichtingen zichtbaar is controle van de smeermiddelen eens per jaar.
Spanning van de ketting met behulp van de zeskantige schroef (2) afstellen.
Contramoer (3) en bevestigingsmoeren (1) weer vastdraaien.
25 h
3
4
(25 h) 50 h
Eenwielige motorhak 2100
Schakel-transmissie
Transmissie-oliepeil in schakeltrans-
missie voor de eerste inbedrijfname en
steeds na 25 bedrijfsuren controleren.
Het oliepeil moet bij horizontaal staan-
de machine door de invulopening (B/28)
zichtbaar zijn wanneer de binnen-zes-
kant-afsluitschroef (1) uitgeschroefd is.
Evt. transmissie-olie navullen.
Transmissie-olie verversen in de
schakeltransmissie na de eerste 25
bedrijfsuren en dan steeds na 50 be-
drijfsuren. Zowel olievulschroef (B/28)
als olieaftapplug en hun omgeving moe-
ten zeer schoon gehouden worden, zo-
dat er geen vuil in de transmissie komt.
Olie-hoeveelheden en -kwaliteit zie
'Technische gegevens'.
Controle van de smeermiddelen
J
Deksel van het huis (A/14) openen.
Wiel- en freesas beide minstens 6
omwentelingen verder draaien, wanneer
de kettingen (op het eerste gezicht) met
vloeibaar vet bedekt zijn is de smering
in orde, evt. transmissieolie bijvullen.
J
Wielaandrijving-kettingspanning
De ketting voor de wielaandrijving mag
niet te strak, maar ook niet te slap ge-
spannen zijn.
De drie bevestigingsmoeren (1) en de
contramoer (3) iets losmaken.
5
31