gebruik de j toets voor aftrekken en de k toets voor het tegengestelde
Opmerking:
(negatie). Als u op j drukt om een negatief getal in te voeren, zoals in 9 ¯ ¹ 7 , of
als u op k drukt om aftrekken aan te duiden, zoals in 9 k 7 , dan treedt er een fout
op. Als u op ƒ A k ƒ B drukt, wordt dit geïnterpreteerd als impliciete
vermenigvuldiging ( A )(M B ). Het invoerscherm wordt opnieuw getekend als A*
Uitdrukkingen en instructies invoeren
U kunt een uitdrukking op het hoofdscherm gebruiken om een antwoord te berekenen.
Op de meeste plaatsen waar een waarde moet worden ingevoerd, kunt u een
uitdrukking gebruiken om een waarde in te voeren.
Een uitdrukking invoeren
Om een uitdrukking te creëren voert u getallen, variabelen en functies in met het
toetsenbord en de menu's. Een uitdrukking wordt uitgewerkt als u op [enter] drukt,
ongeacht de plaats van de cursor. De gehele uitdrukking wordt uitgewerkt volgens
EOS™-regels en het antwoord wordt weergegeven in overeenstemming met de
modusinstelling voor Antwoord.
De meeste functies en bewerkingen op de TI-84 Plus CE-T zijn symbolen die uit
verschillende tekens bestaan. U moet het symbool vanaf het toetsenbord of een menu
invoeren; spel het symbool niet. Bijvoorbeeld:
•
Om de log van 45 te berekenen moet u op « 45 drukken. Voer niet de letters L , O
en G in. Als u LOG invoert, interpreteert de TI-84 Plus CE-T de invoer als impliciete
vermenigvuldiging van de variabelen L , O en G .
•
Als u met matrices werkt, typ dan niet de afzonderlijke toetsen in voor [ , A en ].
Gebruik het menu NAMES (NAMEN) in y ¾ om de matrixnaam [A] te
plakken op de positie van de cursor.
Bereken 3,76 P (L7,9 + ‡ 5) + 2 log 45.
29
Uitdrukkingen uitwerken
Uitdrukkingen worden uitgewerkt
in de
(benaderende) decimale
weergave
(
-
B.