Voorwoord Disclaimer Aangezien Navico dit product voortdurend verbetert, behouden wij ons het recht voor om te allen tijde wijzigingen in het product aan te brengen die mogelijk niet met deze versie van de handleiding overeenkomen. Neem contact op met de dichtstbijzijnde distributeur als u eventueel hulp nodig hebt.
ontvangen interferentie te accepteren, inclusief interferentie die ongewenste werking kan veroorzaken. Australië en Nieuw Zeeland Navico verklaart onder onze uitsluitende verantwoordelijkheid dat het product voldoet aan de eisen van: • niveau 2-apparatuur van de Radiocommunicatienorm 2017 (elektromagnetische compatibiliteit) Internetgebruik Sommige functies van dit product hebben een internetverbinding nodig om gegevens te kunnen uploaden en downloaden.
Pagina 5
• uit te voeren installatiewerkzaamheden • nautische terminologie en praktijken Vertaalde handleidingen Beschikbare vertaalde versies van deze handleiding vindt u op de volgende website: • www.bandg.com Voorwoord | Zeus³S Glass Helm MPU Installatiehandleiding...
Pagina 6
Voorwoord | Zeus³S Glass Helm MPU Installatiehandleiding...
Inhoud Inleiding Systeemoverzicht Bediening van het systeem Bijbehorende onderdelen: Connectoren 11 Installatie Algemene montagerichtlijnen Wandmontage 13 Bedrading Toegang tot aansluitingen Richtlijnen voor de bekabeling Bediening van apparaten Monitors Voeding NMEA 2000 Seriële poort Ethernet USB-poort Video-ingang HDMI-uitgang Kaartlezer 23 Software installeren Voor de eerste keer opstarten Volgorde software-instellingen Dialoogvenster Instellingen...
Inleiding Systeemoverzicht Het basissysteem bestaat uit de processor en een of twee monitoren. Het systeem kan in verschillende configuraties worden geconfigureerd en geïnstalleerd: • Eén p rocessor met één monitor (A) • Eén processor met twee afzonderlijke monitoren (B) • Een complex netwerk waarin extra processors zijn aangesloten op afzonderlijke monitoren in de hele boot (C) Bediening van het systeem...
Connectoren NETWORK 1 NETWORK 3 VIDEO 1 IN HDMI 1 OUT PoE 15W USB 1 NMEA2000 SERIAL 1 SERIAL 2 POWER COMBINED 45W MAX NETWORK 2 USB 2 VIDEO 2 IN HDMI 2 OUT SD CARD Poorten voor netwerk 1 en netwerk 2 (Ethernet met PoE) Netwerk 3 (Ethernet) Video 1 IN en Video 2 IN HDMI 1 UIT en HDMI 2 UIT...
Installatie Algemene montagerichtlijnen Waarschuwing: Installeer de eenheid niet in een gevaarlijke/ontvlambare omgeving. Ú Notitie: Kies een montagelocatie waar de unit niet wordt blootgesteld aan omstandigheden die niet aan de technische specificaties voldoen. Montagelocatie Zorg dat het geselecteerde gebied het volgende faciliteert: •...
Bedrading Toegang tot aansluitingen Verwijder het onderste paneel op de voorkant van het apparaat om sneller toegang te krijgen tot de aansluitingen. Richtlijnen voor de bekabeling Doe dit niet: • Maak geen scherpe knikken in de kabels • Zorg bij de plaatsing van de kabels dat er geen water in de connectoren kan lopen •...
Monitors Er kunnen maximaal twee monitoren worden aangesloten via de HDMI-poorten. Monitoren met DVI-ingangen mogen alleen een HDMI-DVI-adapter gebruiken. Ú Notitie: Helderheidsregeling wordt niet ondersteund via DVI. Monitoren moeten voldoen aan de ondersteunde resoluties en vernieuwingsfrequenties zoals gedefinieerd in de technische specificaties. Voeding De unit is geschikt voor voeding door een 12 V of 24 V DC systeem.
Pagina 15
Toets Doel Kleur Schakeldraad, aangesloten op voeding Geel Bedrading | Zeus³S Glass Helm MPU Installatiehandleiding...
Pagina 16
In-/uitschakelen via contactschakelaar De unit wordt ingeschakeld zodra de contactschakelaar wordt omgedraaid om de motoren te starten. Ú Notitie: De startaccu's van de motor en de serviceaccu's dienen dezelfde aardaansluiting te hebben. Toets Doel Kleur Schakeldraad Geel Contactschakelaar In-/uitschakelen via master/slave bus De gele schakeldraad kan worden gebruikt als invoer om de unit in te schakelen als stroom wordt toegevoerd, of als uitvoer om andere apparaten in te schakelen als de unit wordt ingeschakeld.
Extern alarm Siren Buzzer Gebruik een relais voor sirenes die meer dan 1 A nodig hebben. Toets Doel Kleur Uitgang externe alarm Blauw Sirene en relais Zoemer NMEA 2000 Via de NMEA 2000 datapoort kunt u gegevens uit verschillende bronnen ontvangen en delen.
• De totale lengte van de backbone-kabel mag niet groter zijn dan 100 meter (328 ft) • Een enkele netwerkkabel heeft een maximale lengte van 6 meter (20 ft). De totale lengte van alle netwerkkabels samen mag niet meer zijn dan 78 meter (256 ft) •...
De poort of poorten maken gebruik van de NMEA 0183 standaard (gebalanceerde seriële communicatie) en in de software kunt u verschillende baudrates instellen, tot maximaal 38.400. Talkers en listeners Slechts één talker (output) kan worden aangesloten op een seriële ingang (RX) op de unit, in overeenstemming met het NMEA0183 protocol.
De USB-poort configureren Standaard wordt er een USB-poort toegewezen door de monitor die is aangesloten op dezelfde processor. Zie "USB-poorten" op pagina 24 voor meer informatie. Details USB-connector Uitgang op unit (vrouwelijk) Het apparaat is standaard voorzien van type A USB-connector(s). Video-ingang U kunt de unit aansluiten op twee bronnen voor composite video en u kunt de videobeelden op het bijbehorende display weergeven.
Details HDMI-connector Uitgang op unit (vrouwelijk) De unit is voorzien van standaard HDMI (Type A) connector(s). HDMI-kabelvereisten Ú Notitie: De unit moet worden uitgeschakeld voordat u deze aansluit op of losmaakt van een HDMI-kabel. Bij de HDMI-standaard is geen maximale kabellengte gedefinieerd, maar de signaalkwaliteit kan afnemen bij gebruik van lange kabels.
Software installeren Voor de eerste keer opstarten Wanneer de unit de eerste keer wordt opgestart, of na het resetten, worden er verschillende dialoogvensters op de unit weergegeven. Volg de aanwijzingen in de dialoogvensters om de basisinstellingen in te voeren. In het dialoogvenster Systeem regelingen kunt u verdere instellingen invoeren en instellingen later wijzigen.
Tijd Configureer de tijdsinstellingen voor de locatie van het vaartuig en de weergave van datum en tijd. Pincode Stelt een pincode in om ongeoorloofde toegang tot uw systeeminstellingen te voorkomen. Notitie: Noteer de Pincode en bewaar deze op een veilige plaats. Als u wachtwoordbeveiliging instelt, moet de pincode worden ingevoerd wanneer een van de volgende opties wordt geselecteerd.
Pagina 25
Compensatie voor roterende mast Als het vaartuig is uitgerust met een roterende mast, is dit van invloed op sensoren of radars die op de mast bevestigd zijn. Indien de mast ook een sensor heeft die de rotatie meet, kan dit effect worden gecompenseerd. Ú...
Alarmen Instellingen Overzicht van beschikbare alarmopties in het systeem, met huidige instellingen. In deze lijst kunt u alarmlimieten activeren, deactiveren en wijzigen. Sirene inschakelen In een alarmsituatie van de unit klinkt de zoemer alleen als de optie Sirene geactiveerd is ingeschakeld.
Afstellen antennehoogte Stel de hoogte van de radarscanner af op het wateroppervlak. De radar gebruikt deze waarde voor het berekenen van de correcte STC-instellingen. Antennelengte selecteren Selecteer de juiste antennelengte. Afstellen bereik-offset De radarrotaties dienen bij uw vaartuig te beginnen (een radarbereik van nul). Misschien moet u de bereik-offset van de radar aanpassen om dit te bereiken.
Ú Notitie: Deze functie mag alleen worden aangepast door ervaren radargebruikers. Als deze functie niet juist wordt ingesteld, kan er doelverlies in havens optreden. Als de radar dichtbij metalen objecten gemonteerd wordt, neemt het aantal zijlobben toe omdat de focus van de straal desintegreert. De toegenomen hoeveelheid zijlob echo's kan worden verwijderd met de functie Zijlob onderdrukking.
Radar op fabrieksinstellingen terugzetten Verwijdert alle instellingen van de gebruiker en de installateur voor de geselecteerde radarbron en herstelt de fabrieksinstellingen. Ú Notitie: Wees voorzichtig met deze optie. Noteer vooraf de huidige instellingen, zeker wanneer deze zijn ingesteld door de gebruiker nadat de radar actief in gebruik is genomen.
Pagina 30
• Om de diepte vanaf het laagste punt van het vaartuig tot de bodem weer te geven stelt u de offset in als de verticale afstand tussen de transducer en het laagste punt van het vaartuig A (negatieve waarde). • Om de diepte vanaf het wateroppervlak tot de bodem weer te geven stelt u de offset in als de verticale afstand tussen de transducer en het wateroppervlak B (positieve waarde) •...
Pagina 31
• Om de diepte vanaf het laagste punt van het vaartuig tot de bodem weer te geven stelt u de offset in als de verticale afstand tussen de transducer en het laagste punt van het vaartuig A (negatieve waarde). • Om de diepte vanaf het wateroppervlak tot de bodem weer te geven stelt u de offset in als de verticale afstand tussen de transducer en het wateroppervlak B (positieve waarde) •...
verkeerde transducer wordt de temperatuur helemaal niet weergegeven. Temperatuursensoren hebben een impedantie van 5k of 10k. Wanneer beide opties worden gegeven voor hetzelfde model transducer, raadpleeg dan de documentatie van de transducer om de impedantie vast te stellen. Herstellen van standaardinstellingen van de echosounder Zet de instellingen van de echosounder terug naar de standaardinstellingen van de fabriek.
Vaartuiginstellingen In dit dialoogvenster kunt u het aantal motoren, het aantal tanks en de totale brandstofcapaciteit voor alle tanks opgeven. Brandstofniveau meten U kunt de resterende brandstof meten aan de hand van de brandstof die is gebruikt door motor(en) of aan de hand van de brandstofniveausensoren in de tank. Het nominale brandstofverbruik is vereist voor het instellen van de schaal op de meter voor de brandstofzuinigheid.
Kalibreren Kalibratie kan noodzakelijk zijn om de gemeten brandstofstroom nauwkeurig overeen te laten komen met de werkelijke brandstofstroom. Ga in het dialoogvenster Tanken naar kalibratie. Alleen brandstofstroomsensoren van Navico kunnen gekalibreerd worden. Begin met een volle tank en laat de motor draaien zoals gewoonlijk. Nadat er minstens een aantal liter (een paar gallons) is verbruikt, moet de tank helemaal bijgevuld worden.
Raadpleeg de bedieningshandleiding voor meer informatie over draadloze installatie en connectiviteit. Netwerkinstellingen Apparaatnaam Het is handig om een naam toe te wijzen in systemen waarin meerdere apparaten van hetzelfde type en formaat worden gebruikt. Bronnen Gegevensbronnen voorzien het systeem van realtime gegevens. Als een apparaat met meer dan één bron is verbonden die dezelfde gegevens leveren, kan de gebruiker de gewenste bron selecteren.
Pagina 36
Alle apparaten staan toewijzing van een exemplaarnummer in de configuratie-optie toe. Stel unieke exemplaarnummers in voor identieke apparaten in het netwerk, zodat de unit deze van elkaar kan onderscheiden. De gegevensoptie toont alle gegevens die door het apparaat worden uitgevoerd. Ú...
Waypoint verzenden Selecteer deze optie om de unit toestemming te geven om via NMEA 2000 waypoints te versturen naar een ander apparaat. Ú Notitie: Het systeem kan maar één nieuw waypoint tegelijk verzenden of ontvangen. Raadpleeg de bedieningshandleiding voor bulkimport of -export van waypoints. Installatie NMEA 0183 De instellingen van de NMEA 0183 poort(en) moeten overeenkomen met de snelheid van verbonden apparaten.
Externe ondersteuning C-zone CZone verbinding met NMEA 2000 Bij de koppeling met een CZone-netwerk wordt aangeraden om een BEP Network Interface Bridge te gebruiken om beide netwerkbackbones samen te voegen. De CZone/NMEA 2000 Network Interface Bridge isoleert de stroomtoevoer van beide netwerken, maar maakt het mogelijk dat gegevens vrijelijk tussen beide kanten worden gedeeld.
Backlight (Achtergrondverlichting) Door het inschakelen van deze optie synchroniseert de Zeus³S Glass Helm MPU de instellingen voor backlight met die van alle andere CZone-displayinterfaces die zijn ingesteld om backlight-instellingen te delen. Ú Notitie: In CZone Config dient de Zeus³S Glass Helm MPU te worden ingesteld als controller.
Technische specificaties Zeus3S Glass Helm MPU Elektrische specificaties Voedingsspanning 9 - 31,2 V DC Stroomverbruik - Max. 45 W Stroomverbruik - UIT 1 W Aanbevolen stroomsterkte zekering 3 A Energiezuinige stand-bymodus Ja Bescherming Omgekeerde polariteit en tijdelijke overspanning tot 36 V Stroomafgifte alarm 1 A Processoren iMX8 Quad Max (x2) Omgeving...
Door NMEA 0183 ondersteunde sentences TX / RX - GPS Naam Beschrijving Datumreferentie Positiegegevens Global Positioning System (GPS) Geografische positie - Loran-C Geografische positie - breedtegraad/lengtegraad GNSS-DOP en actieve satellieten Positiegegevens GNSS GNSS-satellieten in zicht Grondkoers en grondsnelheid Tijd en datum TX / RX - Navigatie Naam Beschrijving...
Pagina 46
TX / RX - Wind TX / RX - AIS / DSC Naam Beschrijving Digital Selective Calling informatie Uitgebreide Digital Selective Calling Bericht AIS VHF datalink Rapport AIS VHF datalink eigen vaartuig Ú Notitie: AIS sentences worden niet overbrugd naar of van NMEA 2000. TX / RX - MARPA Ú...