KATALYSATOR
WAARSCHUWING
Laat de motor niet stationair draaien
of parkeer de wagen niet op droge
bladeren, droog gras of ander
brandbaar materiaal. Tijdens het gebruik
van de motor en na het afzetten van de
motor straalt het uitlaatsysteem veel
warmte uit. Hierdoor ontstaat het gevaar
van brand.
Rijden met een auto met
katalysator
LET OP
Zorg ervoor dat u de tank niet leeg
rijdt.
Schakel de startmotor niet langdurig
achtereen in.
Laat de motor niet met een
losgekoppelde bougiekabel draaien.
Sleep of duw de auto niet aan.
Gebruik hulpstartkabels. Zie
Gebruik van startkabels
(bladzijde 209).
Zet het contact tijdens het rijden niet
af.
TANKKLEP
WAARSCHUWINGEN
Voorkom dat tijdens het tanken
brandstof wordt gemorst, die zich
in het vulpistool bevindt.
Vermijd open vuur of hittebronnen
in de nabijheid van het
brandstofsysteem. Het
brandstofsysteem staat onder druk.
Wanneer het brandstofsysteem lekt,
bestaat het gevaar van verwonding.
Brandstof en tanken
146
LET OP
Wanneer u een hogedrukspuit
gebruikt om uw auto te wassen, spuit
dan kort op de tankklep vanaf een
afstand van niet minder dan 20
centimeter (8 inch).
N.B.: De schuifdeur kan niet volledig
worden geopend wanneer de
brandstofvulklep geopend is.
E86613
Druk op de klep om deze te openen.
Open de klep volledig tot hij vergrendelt.
Wanneer u het vulpistool plaatst, opent
een veerbelaste klep wanneer de
correcte vulpistooldiameter wordt
geregistreerd. Hierdoor wordt voorkomen
dat onjuiste brandstof wordt getankt.
WAARSCHUWING
Stop met tanken nadat het
vulpistool voor de tweede keer is
afgeslagen. Alle brandstof die u dan
nog toevoegt vult de expansieruimte in
de brandstoftank, hetgeen er toe kan
leiden dat de brandstof overstroomt. Het
morsen van brandstof kan gevaarlijk zijn
voor andere weggebruikers.