Onderhoudsinspectieschema
Controle- en onderhoudsintervals
Het interval voor controle en onderhoud wordt bepaald door het aantal
draaiuren of verstreken tijd. In onderstaande tabel geven wij u enkele
voorbeelden. Uw dealer stelt een schema voor u op dat is afgestemd op uw
situatie.
O O n n d d e e r r h h o o u u d d s s d d o o s s s s i i e e r r : : Elke controle en onderhoudsbeurt moet worden
geregistreerd op het onderhoudsformulier van uw dealer.
Inspectiebeurt
A-service
Elke 1500 uur of elke 12
maanden (wat het eerste
komt)
Te inspecteren/onderhouden onderdelen
Vóór de
rit
•
Voer een test voor de rit uit (raadpleeg
controller," p.
•
Brandstoftoevoer controleren.
•
Controleer het peil van de koelvloeistof/motorolie en stel het bij.
•
Luister of u ongebruikelijke geluiden, trillingen, enz. hoort.
•
De unit visueel op vloeistoflekkage controleren. (brandstof, koelvloeistof,
olie en koudemiddel).
•
Voer een visuele inspectie van de unit uit op losse, beschadigde of defecte
onderdelen (waaronder luchtleidingen en schotten indien van toepassing).
•
Voer een visuele inspectie van de riem uit.
Opmerking: Voor overige aanbevolen procedures raadpleegt u
com/best-practices.
TK 61452-2-OP-NL
Compleet programma
voor preventief
onderhoud
B-service
Elke 3000 uur of elke 24
maanden (wat het eerste
komt)
41).
Groot onderhoud
Elke 6000 uur of elke 48
maanden (wat het eerste
"Bediening van de SR-3-
www.europe.thermoking.
C-service
komt)
61