5.4
DE MODUL-AIR WATERZIJDIG AANSLUITEN
5.4.1 AANSLUITEN OP HET VERWARMINGSSYSTEEM
Het verwarmingssysteem aansluiten gaat als volgt:
Waarschuwing!
6
Gevaar voor verbranding. Zorg dat (eventueel) water in de installatie
voldoende is afgekoeld voordat je aan de installatie gaat werken.
1
Voorzichtig!
Zorg dat er geen waterdruk op het verwarmingssysteem staat.
Let op!
Voorkom geluidsoverdracht in de installatie:
• Verbind alle waterzijdige aansluitingen met flexibele slangen en
2
diffusiedichte slangen en buizen.
• Houd de binnendiameter van de slang zoveel mogelijk gelijk met de
vaste buisdiameter.
Let op!
2
Voorkom ongewenste condensvorming tijdens het koelen:
• Isoleer alle cv-leidingen wanneer je de Modul-AIR Blue installeert.
1. Sluit de aanvoer van het verwarmingssysteem met een flexibele slang aan op de
aansluiting Aanvoer CV (figuur 34 of 35, nr. 3).
Voor installatie met ClimateControl, volg stappen 2 tot en met 6.
Voor installatie zonder ClimateControl, ga door naar stap 3.
Tip!
Voor het volledige installatieproces van de ClimateControl, zie
hoofdstuk 6 van deze handleiding.
2. Plaats een T-stuk in de retour om de retour van de cv en de ClimateControl te
combineren.
3. Sluit de (gezamelijke) retour aan op Retour CV en ClimateControl (figuur 34 of 35,
nr. 2). Gebruik hiervoor een flexibele slang.
4. Installeer in bestaande, vervuilde systemen een vuilafscheider op de gezamenlijke
retour van de cv en ClimateControl.
5. Installeer een vuilafscheider in de gezamelijke retourleiding en bij voorkeur ook
een luchtafscheider in de installatie
41