4. Ga in het servicemenu naar:
− Basis installatie
− Ventilator normale snelheid
5. Stel Ventilator normale snelheid correct in tussen 30 en 100%, afhankelijk van
de ventilatievraag van de woning (zie §7.5).
Let op!
2
De laagste snelheid waarop de ventilator kan draaien is 30%. Als je een
lager percentage invoert springt deze automatisch op 0%.
Oplossing voor: de zekering van de ventilator is kapot
1. Zet de werkschakelaar uit om het toestel spanningsloos te maken.
Waarschuwing!
Kans op elektrische schok:
• Maak de Modul-AIR altijd spanningsloos voordat je het apparaat
6
installeert, openmaakt of onderhoud uitvoert. Beveilig het apparaat
tegen onbedoeld opnieuw inschakelen.
• Zorg ervoor dat de Modul-AIR spanningsloos blijft gedurende de
installatie, totdat expliciet genoemd wordt dat er spanning op het
apparaat mag.
2. Verwijder het frontpaneel van het apparaat (figuur 24) en vervolgens die van de
besturingsunit.
3. Haal voorzichtig de doorzichtige behuizing om zekering F3 (figuur 41) weg.
4. Controleer met een multimeter of zekering F3 intact is. De weerstand zou
nagenoeg nul moeten zijn. Anders is de zekering defect en moet deze vervangen
worden.
5. Plaats de (nieuwe) zekering terug en de doorzichtige behuizing er weer omheen.
6. Plaats het frontpaneel van de besturingsunit en vervolgens die van het apparaat
weer terug.
7. Zet de werkschakelaar aan.
102