Download Print deze pagina
Inventum Modul-AIR Red Series Installatie- En Inbedrijfstellingshandleiding

Inventum Modul-AIR Red Series Installatie- En Inbedrijfstellingshandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Modul-AIR Red Series:

Advertenties

Modul-AIR Red & Blue
met optionele ClimateControl module
Installatie- en inbedrijfstellingshandleiding

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Inventum Modul-AIR Red Series

  • Pagina 1 Modul-AIR Red & Blue met optionele ClimateControl module Installatie- en inbedrijfstellingshandleiding...
  • Pagina 2 Voorwoord Beste installateur, Je staat op het punt een Modul-AIR Red of Blue van Inventum (hierna aangeduid met wij/ons) te installeren en in bedrijf te stellen. Wij adviseren je om deze installatie- en inbedrijfstellingshandleiding volledig door te nemen en te begrijpen voordat je begint met het installeren van de Modul-AIR Red of Blue (hierna Modul-AIR genoemd) en de ClimateControl module (hierna ClimateControl genoemd).
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    INHOUDSOPGAVE INLEIDING Voor wie is deze handleiding? Bedoeld en onbedoeld gebruik Gebruikte symbolen in deze handleiding Typeplaatje en symbolen op de Modul-AIR VEILIGHEID Algemeen Transport en opslag Installatie Onderhoud Kinderen en overige kwetsbare gebruikers DE MODUL-AIR EN CLIMATECONTROL Algemene productomschrijving Hoofdonderdelen van de Modul-AIR Hoofdonderdelen van de ClimateControl (optioneel) Externe onderdelen en accessoires...
  • Pagina 4 DE CLIMATECONTROL INSTALLEREN (OPTIONEEL) Installatieplaats voorbereiden De ClimateControl plaatsen Aansluitingen op de ClimateControl De ClimateControl aansluiten op het ventilatiesysteem De ClimateControl Aansluiten op de Modul-AIR DE MODUL-AIR IN BEDRIJF STELLEN Voorbereiding Het display gebruiken De Modul-AIR voor de eerste keer aanzetten Koeling vrijgeven Ventilator inregelen Maximale compressorfrequentie instellen...
  • Pagina 5 9.12 De driewegklep werkt niet 9.13 “Alarm Max. therm. verw. element” kan niet gereset worden 9.14 Geur van verbrand rubber 9.15 Warmtepomp heeft reparatie nodig tijdens warmtevraag 9.16 De ventilator veroorzaakt geluidsoverlast 9.17 De compressor veroorzaakt geluidsoverlast 9.18 Het huis wordt niet koel genoeg 9.19 Condensvorming in de luchtuitlaat tijdens het verwarmen 9.20 Condensvorming op de cv- en/of vloerleidingen tijdens het koelen (FOUT)MELDINGEN OP HET DISPLAY...
  • Pagina 6: Inleiding

    Modul-AIR training met positief resultaat te hebben afgerond. De installateur hoeft niet in het bezit te zijn van een STEK of F-gassen erkenning. Meld je aan op onze site voor producttrainingen: www.inventum.com. BEDOELD EN ONBEDOELD GEBRUIK De Modul-AIR mag uitsluitend gebruikt worden om de warmte uit ventilatielucht terug te winnen en te gebruiken om een woning en de tapwaterboiler te verwarmen.
  • Pagina 7: Typeplaatje En Symbolen Op De Modul-Air

    Max. opgenomen Vermogen: 8,5 kW Max. Werkdruk cv: 0,25 MPa (2,5 bar) Serienr: 42777 Max. Werkdruk tapwater: 1,0 MPa (10 bar) Inventum Technologies BV Boiler tank volume: 170 L Expansievat volume: 12 L Kaagschip 25 Koudemiddel / inhoud: R32 / 0,95 kg...
  • Pagina 8 1.4.1 UITLEG VAN DE SYMBOLEN OP HET PRODUCT OF DE VERPAKKING In de EU moet elektronische apparatuur beschikken over een CE-label om op de markt te kunnen worden gebracht. Het CE-label geeft aan dat een product wordt gecontroleerd voordat het op de markt wordt gebracht en dat het voldoet aan de EU-eisen inzake veiligheid, gezondheid en milieubescherming.
  • Pagina 9: Veiligheid

    Veiligheid De veiligheidsinstructies in dit hoofdstuk moeten opgevolgd worden om de Modul-AIR veilig te installeren en te onderhouden. Lees dit hoofdstuk daarom zorgvuldig. Enkele instructies worden in de loop van deze handleiding herhaald om je er op het juiste moment aan te herinneren. ALGEMEEN Waarschuwing! Ga voorzichtig om met elektrische apparaten:...
  • Pagina 10: Installatie

    De installateur dient door ons gecertificeerd te zijn en de Modul-AIR training met positief resultaat te hebben afgerond. Als je niet door ons gecertificeerd bent, mag je de Modul-AIR niet installeren. Meer informatie over producttrainingen vind je op: www.inventum.com. Waarschuwing! Kans op elektrische schok: •...
  • Pagina 11 Waarschuwing! De Modul-AIR bevat licht-ontvlambaar koudemiddel (type R32): • Gebruik geen middelen om het ontdooiingsproces te versnellen of om schoon te maken, anders dan aanbevolen door ons. • Het apparaat moet worden opgeslagen in een ruimte waar geen continue ontstekingsbronnen aanwezig zijn (bijvoorbeeld: open vlammen, een werkend gastoestel of een werkende elektrische verwarmer).
  • Pagina 12: Onderhoud

    ONDERHOUD Waarschuwing! Alleen speciaal door ons opgeleide Modul-AIR servicemonteurs mogen onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de Modul-AIR. Waarschuwing! Reiniging en onderhoud mag zonder toezicht niet worden uitgevoerd door kinderen of door personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of bij een gebrek aan ervaring en kennis.
  • Pagina 13: De Modul-Air En Climatecontrol

    De Modul-AIR en ClimateControl ALGEMENE PRODUCTOMSCHRIJVING De Modul-AIR is een slimme warmtepomp die op een energiezuinige manier warmte onttrekt uit mechanisch afgezogen ventilatielucht en daarmee cv-water verwarmt. Dit warme water kan vervolgens gebruikt worden om het huis te verwarmen en de tapwaterboiler te verwarmen.
  • Pagina 14: Hoofdonderdelen Van De Modul-Air

    HOOFDONDERDELEN VAN DE MODUL-AIR De Modul-AIR Red & Blue bestaan uit de volgende onderdelen (figuren 4, 5 en 6): BLUE Figuur 4 Hoofdonderdelen van de Modul-AIR Red (links) en Blue (rechts) Beschrijving Beschrijving Warmtepompunit (WP-unit) Condens- en expansiewater afvoertrechter Frontpaneel WP-unit Filterdeksel Display Tapwaterboiler...
  • Pagina 15 BLUE Figuur 5 Hoofdonderdelen van de WP-unit van de Modul-AIR Red (boven) en Blue (onder) Beschrijving Beschrijving Lage gasdrukschakelaar Filter (G4) Verdamper Ventilator Elektrisch expansieventiel Condensor Hoge gasdrukschakelaar Compressor Lekbak Inverter Modul-AIR Blue Vierwegklep...
  • Pagina 16 BLUE Figuur 6 Hoofdonderdelen aan de onderzijde van de Modul-AIR Red (boven) en Blue (onder) Beschrijving Beschrijving Maximaaltemperatuurbeveiliging Afsluitkraan doorstroomverwarmer Condens- en expansiewater Veiligheidsklep tapwaterboiler afvoertrechter (10 bar) Expansievat (1 bar) Vulslang...
  • Pagina 17: Hoofdonderdelen Van De Climatecontrol (Optioneel)

    Circulatiepomp Vulkraan 2 verwarmingssysteem Inlaatcombinatie Manometer verwarmingssysteem Thermostatische regelkraan Veiligheidsklep verwarmingssysteem (2,5 bar) Vulkraan 1 verwarmingssysteem Modul-AIR Blue Driewegklep Magneetventiel HOOFDONDERDELEN VAN DE CLIMATECONTROL (OPTIONEEL) De optionele ClimateControl bestaat uit de volgende onderdelen (figuur 7): Figuur 7 Hoofdonderdelen van de ClimateControl Beschrijving Beschrijving Ontluchter...
  • Pagina 18: Externe Onderdelen En Accessoires

    EXTERNE ONDERDELEN EN ACCESSOIRES 3.4.1 RUBBEREN VOETJES Bij de Modul-AIR worden standaard rubberen voetjes meegeleverd (figuur 8). Bevestig de voetjes aan de onderkant van het apparaat om trillingsgeluid te verminderen. Figuur 8 Rubberen voetjes 3.4.2 RF-VENTILATIESTURING Om de ventilatie van de Modul-AIR op afstand te bedienen wordt gebruik gemaakt van een standaard meegeleverde RF-ontvanger (figuur 9).
  • Pagina 19 Dit draadloze systeem kan uitgebreid worden met CO -sensoren en luchtvochtigheidssensoren (figuren 11 en 12). Een CO -sensor wordt aangesloten op het elektriciteitsnet en een luchtvochtigheidssensor wordt gevoed door twee AA-batterijen. Figuur 11 RF-CO sensor (optioneel) Figuur 12 RF-RH sensor (optioneel) Let op! De RF-ontvanger wordt standaard geleverd zonder 230 VAC snoer met F-stekker.
  • Pagina 20 Figuur 13 geeft de samenwerking tussen deze accessoires weer: 0 - 10 V Figuur 13 De draadloze ventilatiesturing gekoppeld aan de Modul-AIR. 3.4.3 BUITENVOELER Voor een goede werking van de Modul-AIR is het noodzakelijk om een buitenvoeler te plaatsen (figuur 14). Deze wordt standaard meegeleverd. Met deze buitenvoeler bepaald de Modul-AIR aan de hand van de gemeten buitentemperatuur en de ingestelde stooklijn, hoe warm het cv-water wordt verwarmd.
  • Pagina 21 3.4.4 EXTERNE RUIMTEVOELER In enkele gevallen is het gewenst om een externe ruimtevoeler te installeren (zie figuur 15). Deze vervangt hiermee de Temperatuur-in sensor die standaard in de Modul-AIR aanwezig is. Een externe ruimtevoeler wordt alleen op aanraden van een van onze experts toegepast. Figuur 15 Externe ruimtevoeler.
  • Pagina 22: Door Inventum Vrijgegeven Kamerthermostaten

    3.4.6 DOOR INVENTUM VRIJGEGEVEN KAMERTHERMOSTATEN Modul-AIR Red De door Inventum vrijgegeven kamerthermostaten voor de Modul-AIR Red zijn: • EVA thermostaat of bij zoneregeling: • ComfortZone kamerthermostaat (zie §3.4.7) Let op! De Modul-AIR Red wordt altijd in combinatie met een aan/uit-thermostaat geïnstalleerd.
  • Pagina 23: Gemotoriseerde Regelkleppen

    ComfortZone thermische motor (24 V BUS) Per stuk Tip! Ga voor meer informatie naar www.inventum.com/comfortzone 3.4.8 GEMOTORISEERDE REGELKLEPPEN Modul-AIR Blue Als de Modul-AIR Blue gaat koelen is er extra lucht nodig om de warmte uit het cv- water kwijt te kunnen. Hiervoor wordt een extra luchtkanaal naar buiten geplaatst en verbonden met het ventilatiekanaal naar de Modul-AIR Blue.
  • Pagina 24: Hoofdafmetingen

    Figuur 19 SPIRALO regeklep met Siemens Figuur 20 Bevent Rasch regelklep met Belimo servomotor. servomotor. Tip! Voor instructies voor het installeren van de gemotoriseerde regelkleppen, zie de instructies in §5.6.7 en de installatieschema's. HOOFDAFMETINGEN Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de hoofdafmetingen van de Modul-AIR en ClimateControl.
  • Pagina 25 3.5.1 MODUL-AIR Figuur 21 Hoofdafmetingen van de Modul-AIR Modul-AIR Red Modul-AIR Blue 2.100 mm 2.172 mm 600 mm 600 mm 650 mm 650 mm Gewicht (leeg) 210 kg 215 kg...
  • Pagina 26 3.5.2 CLIMATECONTROL Figuur 22 Hoofdafmetingen van de ClimateControl 570 mm 600 mm 660 mm Gewicht 47 kg* *exclusief ophangbeugel van 5 kg (zie typeplaatje van de ClimateControl.
  • Pagina 27: Transport En Opslag

    Transport en opslag TRANSPORT Transporteer of bewaar het apparaat onder de volgende omstandigheden: Temperatuur (°C) 5 – 50 °C Luchtvochtigheid (%) < 85%, niet condenserend Waarschuwing! Het apparaat is erg zwaar. Verplaats de Modul-AIR of warmtepompunit (indien deze is ontkoppeld) altijd met minimaal twee personen. Zorg voor de juiste hulpmiddelen, veiligheid en voorbereiding.
  • Pagina 28: Afmetingen Verpakking Modul-Air

    4.1.1 AFMETINGEN VERPAKKING MODUL-AIR Modul-AIR Red verpakt Modul-AIR Blue verpakt Hoogte 2.250 mm 2.300 mm 710 mm 710 mm Breedte Diepte 760 mm 760 mm Gewicht (leeg) 240 kg 245 kg 4.1.2 AFMETINGEN PALLET De pallet waarop de Modul-AIR geleverd wordt is geschikt voor een palletwagen met hefstempel 540 mm breed.
  • Pagina 29: Tiltwatch Kantelindicatoren

    TILTWATCH KANTELINDICATOREN Op twee zijkanten van de verpakking van de Modul-AIR is een TiltWatch kantelindicator geplaatst (figuur 23). Controleer deze indicatoren bij ontvangst en voordat je het apparaat uitpakt. Wanneer het rondje in de indicator rood is, betekent dit dat de Modul-AIR tijdens transport te veel is gekanteld. Een juiste werking van het apparaat is in dit geval niet gegarandeerd.
  • Pagina 30: Warmtepompunit Loskoppelen

    WARMTEPOMPUNIT LOSKOPPELEN Het is mogelijk om de warmtepompunit los te koppelen van het onderste gedeelte van de Modul-AIR. Dit zorgt voor eenvoudiger transport en omgang, aangezien de warmtepompunit het apparaat topzwaar maakt. Met een paar simpele handelingen en het losdraaien van schroeven is de Modul-AIR in tweeën te delen.
  • Pagina 31 Figuur 24 Het verwijderen van het frontpaneel 2. Draai de vijf Philips kruiskopschroeven los om het display en de plaat waar deze op gemonteerd is, los te nemen. Haal hiervoor ook de kabel aan de achterkant van het display los (figuur 25). Figuur 25 Het losschroeven van de display...
  • Pagina 32 3. Draai de twee bouten los en verwijder het filterdeksel (figuur 26). Dankzij de zwarte dopjes is hier geen gereedschap voor nodig. Dit kan gewoon met de hand. 4. Draai de vijf grote Philips kruiskopschroeven los en verwijder het frontpaneel van de WP-unit (figuur 27).
  • Pagina 33 6. Ontkoppel de kunststof afvoerslang van de lekbak (figuur 29). De slang zit vast met een klem. Gebruik zo nodig een tang om deze te openen. Figuur 29 Het ontkoppelen van de afvoerslang. 7. Ontkoppel de elektrische connectoren aan de onderkant van de WP-unit (figuur 30). Figuur 30 Het ontkoppelen van de elektrische connectoren.
  • Pagina 34 8. Draai de twee schroeven los en verwijder de klemmen die de hydraulische slangen op hun plek houden (figuur 31). Figuur 31 Het verwijderen van de klemmen van de hydraulische slangen. 9. Druk de uitstekende kunststof ring in en trek de koperen buis eruit om de hydraulische steekkoppelingen los te koppelen (figuur 32).
  • Pagina 35 10. Schuif de WP-unit naar voren (figuur 33). Let hierbij op dat de hydraulische buizen niet in de weg zitten. Figuur 33 Het vooruit schuiven van de WP-unit. 11. De WP-unit kan nu los worden genomen en gescheiden worden vervoerd. Waarschuwing! De warmtepompunit is erg zwaar (ca.
  • Pagina 36: De Modul-Air Installeren

    De Modul-AIR installeren Dit hoofdstuk beschrijft het installatieproces van de Modul-AIR in een woning. Waarschuwing! Het apparaat is erg zwaar. Verplaats de Modul-AIR of warmtepompunit (indien deze is ontkoppeld) altijd met minimaal twee personen. Zorg voor de juiste hulpmiddelen, veiligheid en voorbereiding. VOORBEREIDEN 5.1.1 INHOUD VAN DE VERPAKKING CONTROLEREN...
  • Pagina 37: De Modul-Air Plaatsen

    Het apparaat van de pallet halen gaat als volgt: 1. Draai de bouten los via de onderkant van de pallet. De bouten zijn verzonken in het hout, gebruik daarom een M17 dopsleutel. Let op! De Modul-AIR mist vanwege de installatie-opening een steunbalk onderaan de achterzijde.
  • Pagina 38 Voor de overige eisen aan de ruimte, zie het bijbehorende installatieschema. Waarschuwing! De ruimte mag door stof, gassen of dampen geen gevaar vormen voor explosies inhouden. Let op! Spoel voordat je het apparaat aansluit eerst de cv-installatie door. Let op! Plaats de Modul-AIR niet tegen een slaapkamermuur.
  • Pagina 39: Aansluitingen Op De Modul-Air

    AANSLUITINGEN OP DE MODUL-AIR 5.3.1 WATERAANSLUITINGEN De aansluitingen van de Modul-AIR op het verwarmingssysteem, de optionele ClimateControl, tapwateraansluitingen en de afvoerleiding zijn in figuur 34 en 35 weergegeven. Waarschuwing! Gevaar voor verbranding. Zorg dat eventueel water in de installatie voldoende is afgekoeld voordat je aan de installatie gaat werken. Let op! Om toegang te krijgen tot de aansluitingen moet je het frontpaneel van de Modul-AIR verwijderen.
  • Pagina 40 BLUE Figuur 35 Wateraansluitingen op de Modul-AIR Blue Beschrijving Aansluiting Condens- en expansiewater afvoertrechter PVC trechter 5/4” AG Retour cv en ClimateControl (optioneel) ** Ø 22 mm buis* Aanvoer cv (verwarmen en koelen) Ø 22 mm buis* Aanvoer ClimateControl ½” draad met dop* (indien ventilatiesysteem D) Cv aanvoer (alleen verwarmen)** Ø...
  • Pagina 41 De wateraansluitingen op de Modul-AIR zijn schematisch weergegeven in figuur 36 en 37: Figuur 36 Wateraansluitingen op de Modul-AIR Red BLUE Figuur 37 Wateraansluitingen op de Modul-AIR Blue...
  • Pagina 42: Luchtaansluitingen

    5.3.2 LUCHTAANSLUITINGEN De luchtaansluitingen op de Modul-AIR zijn schematisch weergegeven in figuur 38 en 39: Let op! De getoonde afmetingen betreffen de diameters van de buitenmaten van de toestelaansluitingen. Figuur 38 Luchtaansluitingen op de Modul-AIR Red (schematisch) BLUE Figuur 39 Luchtaansluitingen op de Modul-AIR Blue (schematisch) Ventilatielucht afvoer vanuit de woning Ventilatielucht afvoer naar buiten...
  • Pagina 43: De Modul-Air Waterzijdig Aansluiten

    DE MODUL-AIR WATERZIJDIG AANSLUITEN 5.4.1 AANSLUITEN OP HET VERWARMINGSSYSTEEM Het verwarmingssysteem aansluiten gaat als volgt: Waarschuwing! Gevaar voor verbranding. Zorg dat (eventueel) water in de installatie voldoende is afgekoeld voordat je aan de installatie gaat werken. Voorzichtig! Zorg dat er geen waterdruk op het verwarmingssysteem staat. Let op! Voorkom geluidsoverdracht in de installatie: •...
  • Pagina 44: Aansluiten Op De Tapwaterleidingen

    5.4.2 AANSLUITEN OP DE TAPWATERLEIDINGEN De aansluiting Inlaat koud leidingwater ontvangt koud water uit het waternet. Dit water wordt verwarmd in de Modul-AIR en teruggevoerd via de aansluiting Aanvoer warm tapwater in het warmwaternet van het huis. Voorzichtig! Zorg dat er geen waterdruk op het tapwatersysteem staat. Let op! Voorkom geluidsoverdracht in de installatie: •...
  • Pagina 45 3. Wacht tot er water uit de geopende kraan/-kranen komt en draai deze vervolgens dicht. 4. Ga de warmwaterkranen op de overige verdiepingen van uw woning af en open deze één voor één tot er water en geen lucht meer uitkomt. 5.
  • Pagina 46 6. Zorg dat het losse uiteinde van de vulslang verbonden is met de waterafvoer op een lager gelegen punt, zodat straks het water uit het tapwatercircuit via de vulslang weg kan lopen. 7. Open rustig vulkraan 3 verwarmingssysteem (figuur 40). 8.
  • Pagina 47: Aansluiten Op Het Ventilatiesysteem

    3. Zorg dat vulkraan 1 verwarmingssysteem (figuur 40) dicht is. 4. Monteer ergens in de installatie een slang op een aftappunt. Doe dit bij voorkeur: − in laagste punt in de installatie; − op een plek waar het water makkelijk kan worden opgevangen of afgevoerd. 5.
  • Pagina 48: Elektrisch Aansluiten

    Let op! Het luchtafvoerkanaal vanaf de Modul-AIR naar de dakdoorvoer dient star aangesloten te worden met thermisch geïsoleerde, dampdichte buis met een inwendige diameter van 160 mm (Red) en 200 mm (Blue). Dit is nodig om aan de geluidsspecificaties te voldoen en om condensvorming te voorkomen.
  • Pagina 49 Figuur 41 Elektrische aansluiting op de besturingsunit van de Modul-AIR...
  • Pagina 50: X4 Buitenvoeler: Pin 1 En

    De volgende aansluitingen zijn van belang voor het aansluiten van externe onderdelen en accessoires: Optionele externe ruimtevoeler. BLUE Externe ventilatiesturing: pin 9 (0 – 10 V) en 10 (signaal aarde) Thermostaatcontact: pinnen 5 en 6 (potentiaal vrij contact) ClimateControl-besturing (optioneel): pinnen 1, 2 en 11 Buitenvoeler: pin 1 en 2 Voeding ClimateControl J5 t/m J10...
  • Pagina 51 Let op! De vierpolige werkschakelaar wordt niet standaard bij de Modul-AIR geleverd. Pas een werkschakelaar toe geschikt voor 3 × 440 V + N. Let op! Zorg dat het apparaat is aangesloten op een aardlekschakelaar. 1. Sluit de werkschakelaar aan op de 3-fase groep met aardlekschakelaar in de meterkast.
  • Pagina 52: Verbinden Met De Rf-Ventilatiesturing

    5.6.2 VERBINDEN MET DE RF-VENTILATIESTURING De Modul-AIR moet verbonden worden met de ontvanger van de RF-ventilatiesturing. Dit doe je als volgt (figuur 43): Figuur 43 Verbinding tussen de RF-ventilatiesturing en de Modul-AIR 1. Verwijder het frontpaneel aan de voorzijde van de Modul-AIR (figuur 24). 2.
  • Pagina 53 Let op! Bij zoneregeling wordt de kamerthermostaat niet direct aangesloten op de Modul-AIr. Dit gebeurt via de zoneregelbalk. Let op! De thermostaten zijn bedraad. Zorg dat er bedrading aanwezig is van de thermostaat naar de Modul-AIR. Let op! Voor de Modul-AIR Blue is alleen de ComfortZone-zoneregeling vrijgegeven.
  • Pagina 54: Verbinden Met De Inventum Comfortzone Zoneregeling

    5.6.4 VERBINDEN MET DE INVENTUM COMFORTZONE ZONEREGELING De Modul-AIR kan ook samenwerken met de ComfortZone zoneregeling. De zoneregeling heeft acht zones. De helft van de zones kan één stelmotor aansturen en de andere helft twee. In totaal kunnen er dus twaalf stelmotoren worden aangestuurd.
  • Pagina 55 Change-Over relais aansluiten op de ComfortZone zoneregeling Modul-AIR Blue De Comfortzone zoneregeling wordt van verwarmen naar koelen (en terug) geschakeld door middel van een Change-Over contact. Om dit mogelijk te maken moet de zoneregeling worden aangesloten op de besturingsunit van de Modul-AIR Blue.
  • Pagina 56: Verbinden Met De Buitenvoeler

    5.6.5 VERBINDEN MET DE BUITENVOELER De Modul-AIR met de buitenvoeler verbinden doe je als volgt: Figuur 47 Verbinding tussen de buitenvoeler en de Modul-AIR 1. Verwijder het frontpaneel aan de voorzijde van de Modul-AIR (figuur 24). 2. Schroef de voorkant van de behuizing van de besturingsunit los. 3.
  • Pagina 57 Figuur 48 Verbinding tussen de externe binnenvoeler en de Modul-AIR Blue 3. Verbind de sensor met connector X4, pin 3 en 4 van de besturingsunit (zie figuur 48). 4. Controleer of de jumper is aangesloten op connector J1, pin 2 en 3 van de besturingsunit (zie figuur 48, aangegeven met een stippellijn).
  • Pagina 58: Verbinden Met De Gemotoriseerde Motorkleppen

    8. Maak een gat in de ventilatiepijp om de sensor in te plaatsen. 9. Maak een gat in een ventilatiekanaal van metaal, PVC of hard kunststof: − Ø12 mm in een metalen kanaal, om het doorvoerrubber (M12) te plaatsen − Ø14 mm in een PVC of harde kunststof buis, om het doorvoerrubber (M12) te plaatsen −...
  • Pagina 59 Op de positie van Motorklep 2 wordt de klep aangesloten die het recirculatiekanaal van de ClimateControl module opent en sluit (zie figuur 50). Dit doe je als volgt: 1. Verbind de fase (L) met connector J8, pin 7. 2. Verbind de schakel (T) met connector J9, pin 8. 3.
  • Pagina 60: De Climatecontrol Installeren (Optioneel)

    De ClimateControl installeren (optioneel) Dit hoofdstuk beschrijft het installatieproces voor de optionele ClimateControl. INSTALLATIEPLAATS VOORBEREIDEN Kies een locatie waarop je de ClimateControl gaat installeren. Controleer of er genoeg ruimte is (zie §1.2 van de Installatieschema's). Controleer of de locatie aan de volgende voorwaarden voldoet: •...
  • Pagina 61: Aansluitingen Op De Climatecontrol

    AANSLUITINGEN OP DE CLIMATECONTROL 6.3.1 WATERAANSLUITINGEN De aansluitingen van de ClimateControl op het verwarmingssysteem, de Modul-AIR, wateraansluitingen en de afvoerleiding zijn in figuur 51 weergegeven. Figuur 51 Hydraulische aansluitingen op de ClimateControl Beschrijving Aansluiting Ontluchting nippel Afvoer condenswater Ø 12 mm buis Retour naar Modul-AIR Ø...
  • Pagina 62 6.3.2 LUCHTAANSLUITINGEN De luchtaansluitingen op de ClimateControl zijn in figuur 52 weergegeven. Figuur 52 Luchtaansluitingen op de ClimateControl Buitenlucht aanvoer van buiten Buitenlucht aanvoer naar woning Recirculatiekanaal (standaard afgedopt)
  • Pagina 63: De Climatecontrol Aansluiten Op Het Ventilatiesysteem

    DE CLIMATECONTROL AANSLUITEN OP HET VENTILATIESYSTEEM Sluit de luchtkanalen aan op het ventilatiesysteem volgens het installatieschema dat het best bij uw situatie past. Houd bij het aansluiten rekening met isolatie, geluidsdempers en andere elementen die op schema aangegeven zijn. Houd met het ontwerp van de installatie ook rekening met de luchtweerstand. Het installatieschema geeft een overzicht van de maximale drukval van de installatie per situatie.
  • Pagina 64 6.5.1 AANSLUITEN OP HET VERWARMINGSSYSTEEM De ClimateControl wordt aangesloten op het verwarmingssysteem zoals weergegeven in figuur 53. Figuur 53 Verwarmingsverbinding tussen de ClimateControl en de Modul-AIR 1. Sluit de Afvoer condenswater (figuur 51, nr. 1) via een sifon aan op de afvoer in de vloer.
  • Pagina 65: Aansluiten Van De Voeding

    Let op! Voorkom geluidsoverdracht in de waterleidingen. Verbind alle waterzijdige aansluitingen met: • Flexibele slangen. • Diffusiedichte slangen en buizen. 6.5.2 AANSLUITEN VAN DE VOEDING De ClimateControl wordt gevoed door de Modul-AIR. De module bevat een voedingskabel met drie gekleurde en een zwarte kabel aan het uiteinde. Sluit de voedingskabel als volgt aan op de Modul-AIR Red (zie figuur 54):...
  • Pagina 66 Sluit de voedingskabel als volgt aan op de Modul-AIR Blue (zie figuur 55): 1. Verbind de gekleurde kabels met connector J6 van de besturingsunit: − Verbind de Fase (L) met pin 1. − Verbind de Schakel (T) met pin 2. −...
  • Pagina 67: Aansluiten Van De Besturing

    6.5.3 AANSLUITEN VAN DE BESTURING De ClimateControl wordt ook bestuurd door de Modul-AIR. De module bevat een grijze signaalkabel met drie genummerde zwarte kabels aan het uiteinde. Sluit de signaalkabel als volgt aan op de Modul-AIR (zie figuur 56): 1. Verwijder het frontpaneel aan de voorzijde van de Modul-AIR (figuur 24). 2.
  • Pagina 68: De Modul-Air In Bedrijf Stellen

    De Modul-AIR in bedrijf stellen Dit hoofdstuk beschrijft het inbedrijfstellingsproces van de Modul-AIR. VOORBEREIDING De volgende handelingen moeten voltooid zijn voordat de Modul-AIR in bedrijf gesteld kan worden: 1. De woning is bezocht en de relevante eigenschappen van de woning zijn genoteerd.
  • Pagina 69: Het Display Gebruiken

    HET DISPLAY GEBRUIKEN Via het display kan de Modul-AIR bediend worden. Als het display inactief is, komt de gemeten binnentemperatuur in beeld. Door aan de bedieningsknop te draaien of deze in te drukken, kom je in het hoofdmenu terecht. Op het display staan een aantal iconen: •...
  • Pagina 70: Prestatie-Informatie

    7.2.1 PRESTATIE-INFORMATIE Onder Prestatie-informatie wordt de actuele informatie weergegeven over de activiteit van de Modul-AIR. De volgende waarden worden weergegeven: • Compressor frequentie (Hz) • Compressor vermogen (W) • Additioneel vermogen (W) De bedrijfsstand wordt aangegeven met een icoon: Ruimteverwarming Tapwater Ontdooien Koelen (geldt alleen voor de Modul-AIR Blue)
  • Pagina 71: De Modul-Air Voor De Eerste Keer Aanzetten

    DE MODUL-AIR VOOR DE EERSTE KEER AANZETTEN Volg deze instructies wanneer je het apparaat voor het eerst aanzet: 1. Controleer of er een luchtafscheider is geplaatst in de gezamenlijke cv-retour. 2. Zet het toestel aan, de ontluchtingscyclus start. Tip! Als er nog lucht in het cv-circuit aanwezig is, kan dit de werking van de Modul-AIR verstoren en verschillende alarmen genereren, Bijvoorbeeld: •...
  • Pagina 72: Koeling Inschakelen

    Via parameter 20 kan een zone uitgesloten worden van koeling. Zie hiervoor de handleiding van de ComfortZone. Tip! Vanwege de geringe koelcapaciteit van een vloer adviseert Inventum om in een systeem met koeling via de vloer, wel in zoveel mogelijk zones voor koeling te activeren.
  • Pagina 73: Dauwpuntsregeling Bijstellen

    7.4.2 DAUWPUNTSREGELING BIJSTELLEN De temperatuur tot waar de Modul-AIR Blue het cv-water zal proberen af te koelen wordt bepaald aan de hand van de binnentemperatuur. Wanneer het temperatuurverschil tussen de woning en het cv-water te groot zou worden, zou de kans bestaan dat er condens op de waterleidingen, radiatoren of de vloer komt te staan.
  • Pagina 74: Ventilator Inregelen

    Het bijstellen van de dauwpuntsregeling gaat als volgt: 1. Ga in het hoofdmenu naar: − Geavanceerde instellingen − Algemene instellingen 2. Houd de knop 5 seconden ingedrukt om in het servicemenu te komen. 3. Accepteer het pop-up scherm door op het vinkje te klikken. 4.
  • Pagina 75 • Normaal: Gemiddelde ventilatie (middenstand). Dit wordt gebruikt als de RF-bedrijfskeuzeschakelaar op Aanwezig staat. Deze stand wordt tevens gebruikt als minimale warmtepomp debiet. • Snel: Maximale ventilatie (hoogstand). Dit wordt gebruikt als met de RF-bedrijfskeuzeschakelaar de Timer wordt geactiveerd. Deze kan worden ingesteld voor minimaal 30 minuten (één keer drukken) en maximaal 1,5 uur (drie keer drukken).
  • Pagina 76 5. In het geval van een Modul-AIR Blue, zorg ook dat de Koeling op Uit staat (zie §7.4). Het inregelen moet gedaan worden met het toestel op verwarmen. 6. Stel de RF bediening in op de timerstand om de ventilator op hoge snelheid te zetten.
  • Pagina 77 3. Stel de RF-bediening in op Aanwezig om de ventilator in normale snelheid te zetten. 4. Ga in het hoofdmenu van de display naar: − Geavanceerde instellingen − Ventilator instellingen − Vent. snelheid Normaal 5. Stel Vent. snelheid Normaal in zodat: −...
  • Pagina 78 Stap 4 - Luchtdebiet op koelen inregelen Modul-AIR Blue Tijdens koeling zal de gemotoriseerde luchtklep open gaan zodat de Modul-AIR Blue extra lucht van buiten kan aanzuigen om zijn warmte kwijt te kunnen. De buitenlucht wordt vlak voor het toestel gemengd met de ventilatielucht uit de woning. Om de ventilatie van de woning gelijk te houden moet de ventilator ook tijdens koeling ingeregeld worden.
  • Pagina 79 6. Wanneer het totale ventilatiedebiet op stand Normaal afwijkt zijn er een aantal opties: a. Pas de instelling Ventilator Blue toename in koeling aan om de ventilatorsnelheid aan te passen. b. Indien optie a niet voldoende is en er is een ClimateControl module aangesloten: Pas de instelling Ventilator CCM toename in koeling aan.
  • Pagina 80: Maximale Compressorfrequentie Instellen

    Stap 4 - Afronden 1. Stel de RF bediening in op de gewenste stand. 2. Bij de Modul-AIR Blue, laat de functie Koeling op Aan staan of zet deze op Uit (zie §7.4). MAXIMALE COMPRESSORFREQUENTIE INSTELLEN Om de warmtepomp optimaal te laten functioneren moet de maximale compressorfrequentie afgestemd worden op het ingeregelde luchtdebiet (Vent.
  • Pagina 81: Warm Water Instellen

    WARM WATER INSTELLEN 7.7.1 WARMWATER-TEMPERATUUR De temperatuur in de tapwaterboiler kan als volgt worden ingesteld: 1. Ga in het hoofdmenu van het display naar: − Geavanceerde instellingen − Warmwaterinstellingen − WW instelling 2. Stel WW instelling in op de gewenste temperatuur. Let op! De aanbevolen warmwater-temperatuur is 55 °C.
  • Pagina 82: Circulatiepomp Inregelen

    De warmwater-prioriteit instellen gaat als volgt: 1. Ga in het hoofdmenu van het display naar: − Geavanceerde instellingen − Warmwater instellingen − WW prioriteit 2. Stel WW prioriteit in op de gewenste stand. CIRCULATIEPOMP INREGELEN Stel de circulatiepomp in om het juiste debiet te halen in het verwarmingssysteem. In totaal heeft het apparaat minimaal 5 L/min nodig om goed te functioneren.
  • Pagina 83: Verwarmingsregeling Kiezen

    Bij deze methode wordt de aanvoertemperatuur gebaseerd op de binnentemperatuur. Let op! Inventum adviseerd gebruik te maken van een kamerthermostaat. Deze werkt alleen in combinatie met de verwarmingsmethode Buiten. De Modul-AIR staat daarom standaard ingesteld op CV control modus, Buiten ingesteld...
  • Pagina 84: Stooklijn Instellen

    De verwarmingsregeling instellen gaat als volgt: 1. Ga in het hoofdmenu van het display naar: − Geavanceerde instellingen − Algemene instellingen 2. Houd de knop 5 seconden ingedrukt om in het servicemenu te komen. 3. Accepteer het pop-up scherm door op het vinkje te klikken. 4.
  • Pagina 85 Tip! Als het huis alleen bij bepaalde buitentemperaturen te koud of te warm aanvoelt, kan de temperatuurregeling nog verfijnd worden (zie §7.9.5). 7.9.5 FIJNINSTELLING VAN DE STOOKLIJNTEMPERATUUR Onder Fijninstelling stooklijn temp. kan de binnentemperatuur worden aangepast bij specifieke buitentemperaturen. Over het algemeen zal het voldoende zijn om een van de standaard stooklijnen te kiezen (zie §7.9.4).
  • Pagina 86: Proefdraaien

    7.9.6 MINIMALE AANVOERTEMPERATUUR Onder Minimale aanvoertemperatuur kan een minimale temperatuur worden ingesteld voor het verwarmingssysteem. Als het huis warmer is dan de gewenste temperatuur koelt het verwarmingssysteem niet af maar wordt deze op de hier ingestelde temperatuur gehouden. 1. Ga in het hoofdmenu van het display naar: −...
  • Pagina 87: Proefdraaien Op Tapwater

    Tip! Sensormeetwaarden zijn te vinden in het servicemenu -> Metingen -> sensoren. 7. Zet na het proefdraaien de instelling cv control modus weer terug naar de juiste modus en setpoint-waarde. 7.10.2 PROEFDRAAIEN OP TAPWATER 1. Zet de gewenste tapwatertemperatuur op 55 °C. De compressor komt in bedrijf voor Tapwater.
  • Pagina 88: Onderhoud Aan De Modul-Air

    Waarschuwing! Vervang onderdelen van de Modul-AIR of ClimateControl altijd met originele onderdelen van Inventum. Bij toepassing van andere onderdelen vervalt de garantie en kan het apparaat minder goed werken of gevaar opleveren.
  • Pagina 89: Reserveonderdelen

    Let op! Bij nieuwbouw moet het filter 6 maanden na de oplevering vervangen worden. Daarna geldt de minimale standaard frequentie van 12 maanden. Tip! Nieuwe filters kunnen worden gekocht via de groothandel. Tip! Schrijf op de zijkant van het nieuwe filter de plaatsingsdatum. Op die manier is duidelijk zichtbaar wanneer het jaar verstreken is en het filter vervangen moet worden.
  • Pagina 90: De Filtermelding Resetten

    6. Plaats het filterdeksel op dezelfde manier terug en draai vast. Zorgt dat het deksel niet omgedraaid wordt. 7. Wanneer er een ClimateControl aanwezig is: a. Verwijder het frontpaneel door de vier grote schroefdoppen los te draaien. b. Haal de filterset uit de ClimateControl (figuur 7, nr. 2 en 3). −...
  • Pagina 91: Onderhoud Aan De Inlaatcombinatie

    ONDERHOUD AAN DE INLAATCOMBINATIES De bedieningsknop van de ontlastklep (figuur 6, nr. 29 & 33) moet regelmatig bediend worden om kalkafzetting op de klep te verwijderen. Dit voorkomt dat de ontlastklep geblokkeerd raakt. Let op! De afvoer van de ontlastklep aan de inlaatcombinatie dient in open verbinding met de atmosfeer gelaten te worden.
  • Pagina 92: Systeemdruk Controleren

    SYSTEEMDRUK CONTROLEREN De systeemdruk dient elke 3 tot 6 maanden gecontroleerd te worden. Wanneer nodig dient het cv-systeem bijgevuld te worden om de cv-druk op peil te houden. De cv-druk zal als gevolg van het automatisch ontluchten van de aanwezige luchtbellen afnemen.
  • Pagina 93: Legionellapreventie

    2. Verwijder het frontpaneel aan de voorzijde van de Modul-AIR (zie figuur 24). 3. Controleer de trechter op eventueel aanwezig condenswater en verstoppingen. − Verstopping verhelpen: verwijder eventueel aanwezig materiaal welke de afvoertrechter belemmert en controleer op een goede doorstroming. −...
  • Pagina 94: Probleemoplossing

    Probleemoplossing Dit hoofdstuk bevat de meest voorkomende problemen die zich kunnen voordoen bij het installeren, inbedrijfstellen of het gebruik van de Modul-AIR. Voor elk probleem worden de mogelijke oorzaken en de daarbij behorende oplossingen beschreven. Waarschuwing! Schakel altijd eerst het apparaat uit met de werkschakelaar voor het frontpaneel te verwijderen.
  • Pagina 95: De Ventilatie Reageert Niet Op De Aanwezige Rf-Zenders

    DE VENTILATIE REAGEERT NIET OP DE AANWEZIGE RF-ZENDERS Oorzaak De RF-ontvanger is niet goed aangesloten of ingesteld. Oplossing 1. Controleer of de RF-ontvanger wel een 0 - 10 V aansturing geeft naar de Modul- AIR. 2. Controleer de + en - van de 0 - 10 V sturing. De sturing is polariteit gevoelig. 3.
  • Pagina 96: Te Lage Warmwater-Temperatuur

    2. Houd de knop 5 seconden ingedrukt om in het servicemenu te komen. 3. Accepteer het pop-up scherm door op het vinkje te klikken. 4. Ga in het servicemenu naar: − Metingen − Verwarming 5. Controleer of de berekende aanvoer temperatuur gelijk is aan of lager is dan de daadwerkelijke aanvoer temperatuur.
  • Pagina 97: De Modul-Air Gaat Uit En Start Niet Meer

    DE MODUL-AIR GAAT UIT EN START NIET MEER Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. Er staat geen spanning op het toestel. 2. Er is een zekering defect. Oplossing voor: er staat geen spanning op het toestel 1. Controleer of de hoofdschakelaar is ingeschakeld. 2.
  • Pagina 98: De Modul-Air Maakt Veel Lawaai

    3. Druk de zekeringhouder van F5 in met een platte schroevendraaier en draai terwijl je hem indrukt, een halve slag in de richting van de pijl. 4. De zekeringhouder kan nu los worden genomen. 5. Controleer met een multimeter of de zekering intact is. De weerstand zou nagenoeg nul moeten zijn.
  • Pagina 99: De Klok Geeft De Verkeerde Tijd Aan

    DE KLOK GEEFT DE VERKEERDE TIJD AAN Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. De tijd is verkeerd ingesteld 2. De batterij is (bijna) leeg. Oplossing voor: de tijd is verkeerd ingesteld 1. Ga in het hoofdmenu van het display naar: −...
  • Pagina 100: De Statistieken Lijken Niet Te Kloppen

    Figuur 61 Locatie van de batterij op de besturingsunit 5. Zet de werkschakelaar aan. 6. Stel de klok opnieuw in (zie §10.9). DE STATISTIEKEN LIJKEN NIET TE KLOPPEN Oorzaak De batterij is (bijna) leeg. Oplossing 1. Volg de instructies van Oplossing: de batterij is (bijna) leeg (zie §9.7). 2.
  • Pagina 101 Op de circulatiepomp zit een LED. In de tabel hieronder staat wat hieraan kan worden afgelezen. Bij oorzaken 1 en 2 zal de LED groen knipperen. Bij oorzaken 3, 4 en 5 zal de LED niet branden. Betekenis WILO YONOS PARA (PWM) WILO PARA (IPWM) Groen Normaal bedrijf...
  • Pagina 102 Oplossing voor: de snelheid van de circulatiepomp staat verkeerd ingesteld 1. Ga naar: − Geavanceerde instellingen − Algemene instellingen 2. Houd de knop 5 seconden ingedrukt om in het servicemenu te komen. 3. Accepteer het pop-up scherm door op het vinkje te klikken. 4.
  • Pagina 103: De Ventilator Draait Niet

    Oplossing voor: de voedingskabel van de circulatiepomp is niet goed aangesloten op de besturingsunit 1. Zet de werkschakelaar uit om het toestel spanningsloos te maken. Waarschuwing! Kans op elektrische schok: • Maak de Modul-AIR altijd spanningsloos voordat je het apparaat installeert, openmaakt of onderhoud uitvoert.
  • Pagina 104 4. Ga in het servicemenu naar: − Basis installatie − Ventilator normale snelheid 5. Stel Ventilator normale snelheid correct in tussen 30 en 100%, afhankelijk van de ventilatievraag van de woning (zie §7.5). Let op! De laagste snelheid waarop de ventilator kan draaien is 30%. Als je een lager percentage invoert springt deze automatisch op 0%.
  • Pagina 105 Oplossing voor: een van de connectoren van de voedingskabel van de ventilator is niet goed aangesloten 1. Zet de werkschakelaar uit om het toestel spanningsloos te maken. Waarschuwing! Kans op elektrische schok: • Maak de Modul-AIR altijd spanningsloos voordat je het apparaat installeert, openmaakt of onderhoud uitvoert.
  • Pagina 106: De Compressor Start Niet

    Oplossing voor: De ventilator is defect • Hebben alle vorige oplossingen niet geholpen, dan zal de ventilator moeten worden vervangen. 9.11 DE COMPRESSOR START NIET Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. De ventilatorsnelheid staat ingesteld op 0%. 2. De Alleen bijverwarming modus staat aan. Oplossing voor: de ventilatorsnelheid staat ingesteld op 0% Zie hiervoor Oplossing voor: de zekering van de ventilator is kapot in §9.10.
  • Pagina 107 Oplossing voor: de zekering van de driewegklep is defect 1. Zet de werkschakelaar uit om het toestel spanningsloos te maken. Waarschuwing! Kans op elektrische schok: • Maak de Modul-AIR altijd spanningsloos voordat je het apparaat installeert, openmaakt of onderhoud uitvoert. Beveilig het apparaat tegen onbedoeld opnieuw inschakelen.
  • Pagina 108: Alarm Max. Therm. Verw. Element" Kan Niet Gereset Worden

    5. Plaats het frontpaneel van de besturingsunit en vervolgens die van het apparaat weer terug. 6. Zet de werkschakelaar aan. 9.13 “ALARM MAX. THERM. VERW. ELEMENT” KAN NIET GERESET WORDEN De melding “Alarm Max. therm. verw. element” kan niet gereset worden met de resetknop, terwijl de doorstroomverwarmer niet oververhit is.
  • Pagina 109 Figuur 63 Bekabeling van de maximaaltemperatuurbeveiliging Oplossing voor: de maximaaltemperatuurbeveiliging is defect 1. Zet de werkschakelaar uit om het toestel spanningsloos te maken. Waarschuwing! Kans op elektrische schok: • Maak de Modul-AIR altijd spanningsloos voordat je het apparaat installeert, openmaakt of onderhoud uitvoert. Beveilig het apparaat tegen onbedoeld opnieuw inschakelen.
  • Pagina 110 Figuur 64 Drie schroeven van de maximaaltemperatuurbeveiliging. Figuur 65 Fastons van de bekabeling van de maximaaltemperatuurbeveiliging. Oplossing voor: er is een storing op de besturingsunit Hebben alle vorige oplossingen niet geholpen, dan zal de besturingsunit of de bekabeling moeten worden vervangen.
  • Pagina 111: Geur Van Verbrand Rubber

    9.14 GEUR VAN VERBRAND RUBBER Er hangt een geur van verbrand rubber. De elektrische doorstromer is oververhit. Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. Er zitten luchtbellen in de elektrische doorstroomverwarmer. De warmtepomp is in bedrijf gesteld zonder het systeem goed te ontluchten. 2.
  • Pagina 112: De Ventilator Veroorzaakt Geluidsoverlast

    Let op! Bij deze instelling worden de elektriciteitskosten hoger dan normaal. Meld dit aan de klant 5. Neem contact op met uw servicepartner om ervoor te zorgen dat het probleem met de warmtepomp wordt opgelost. 9.16 DE VENTILATOR VEROORZAAKT GELUIDSOVERLAST Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1.
  • Pagina 113: Het Huis Wordt Niet Koel Genoeg

    4. Stel de volgende waarden naar wens in: − Nacht freq. Max.: Stel de max toelaatbare compressor frequentie tijdens de nacht in. − Nacht start: Stel de starttijd van de nacht in. − Nacht einde: Stel de eindtijd van de nacht in. Oplossing voor: op bepaalde frequenties van de compressor treedt resonantie met de omgeving op 1.
  • Pagina 114: Condensvorming In De Luchtuitlaat Tijdens Het Verwarmen

    Oplossing voor: de buitentemperatuur is zo hoog dat het koelvermogen niet toereikend is Probeer andere methodes om de warmte buiten te houden: • Sluit ramen en deuren. • Houd zonnestraling tegen (bijv. door gordijnen te sluiten). • Zet ramen en deuren open op koelere momenten (bijvoorbeeld ’s avonds laat of ’s ochtends vroeg).
  • Pagina 115: Condensvorming Op De Cv- En/Of Vloerleidingen Tijdens Het Koelen

    9.20 CONDENSVORMING OP DE CV- EN/OF VLOERLEIDINGEN TIJDENS HET KOELEN Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. De cv- en/of vloerleidingen zijn niet geïsoleerd. 2. Het temperatuurverschil tussen het gekoelde water en de binnentemperatuur is te groot. Oplossing voor: de cv- en/of vloerleidingen zijn niet geïsoleerd •...
  • Pagina 116: Fout)Meldingen Op Het Display

    (Fout)meldingen op het display In het geval dat er zich een foutmelding voordoet, verschijnt er een alarmbel rechtsboven in het hoofdmenu (figuur 66). − Selecteer met de draaiknop de alarmbel om de actuele foutmeldingen te bekijken. − Selecteer met de draaiknop het vraagteken voor meer informatie over de oorzaak van een melding.
  • Pagina 117: Filter Melding

    Waarschuwing! Schakel altijd eerst het apparaat uit met de werkschakelaar voordat je het frontpaneel verwijdert. Bij sommige oplossingen is het nodig zijn het apparaat aan te hebben staan terwijl het frontpaneel verwijderd is. In de instructies van deze oplossingen staat dan vermeld om het apparaat met de werkschakelaar weer aan te zetten.
  • Pagina 118: Hoge Gasdruk Alarm

    10.2 HOGE GASDRUK ALARM Oorzaak De hoge gasdrukschakelaar is aangesproken. Dit gebeurt bij een druk vanaf 42 bar. Als de gasdruk onder 35 bar zakt, reset de hoge gasdrukschakelaar zich automatisch en verdwijnt de melding. Als het alarm zich meerdere keren voordoet, kan dit komen door de volgende onderliggende oorzaak: te laag debiet in het verwarmingssysteem.
  • Pagina 119: Hp Alarmcirculatie

    10.5 HP ALARMCIRCULATIE Oorzaak Als ook de binnentemperatuur op -99 °C staat en de ventilator niet draait, dan is waarschijnlijk de linker connector aan de onderzijde van de WP-unit niet goed aangesloten. Oplossing Zorg dat de linker connector aan de onderzijde van de WP-unit (figuur 30) goed is aangesloten.
  • Pagina 120: Sd-Geheugenkaart Fout

    Figuur 68 Rode resetknop van de maximaaltemperatuurbeveiliging. 10.8 SD-GEHEUGENKAART FOUT Oorzaak De volgende oorzaken zijn mogelijk: 1. De geheugenkaart ontbreekt. 2. De geheugenkaart is defect. Als dit alarm wordt weergegeven, kan de Modul-AIR geen gegevens opslaan. Dit heeft verder geen effect op de werking van het toestel. Oplossing voor: de geheugenkaart ontbreekt Zorg dat er een geheugenkaart is geplaatst aan de achterkant van het display.
  • Pagina 121: Klok Niet Ingesteld

    4. Ga in het servicemenu naar: − Hardware instellingen − Beeldscherm kaart instellingen − SD memory card − SD inloggen 5. Controleer de waarde van SD inloggen: − Als de geheugenkaart nog functioneert, staat de waarde op Ja. − Als de waarde op Nee staat, moet de geheugenkaart vervangen worden. 10.9 KLOK NIET INGESTELD Oorzaak De klok is niet ingesteld tijdens de inbedrijfstelling.
  • Pagina 122: Technische Specificaties

    Technische specificaties Dit hoofdstuk geeft een volledig overzicht van de technische specificaties van de Modul-AIR en ClimateControl. 11.1 SPECIFICATIES MODUL-AIR RED & BLUE Specificatie Eenheid Modul-AIR Red Modul-AIR Blue Eigenschappen Afmetingen (H x B x D) 2.100 x 600 x 650 2.170 x 600 x 650 Gewicht (leeg) Gewicht (vol) IP-klasse...
  • Pagina 123 Koelvermogen bij 35/18° 1 - 3 volgens EN14511 (modulerend) Koelvermogen bij 35/7° 1 - 3 volgens EN14511 (modulerend) Volume cv-pomp l/min 5 – 33 5 – 33 Volume, inhoud tapwater- boiler (ErP-label B) Tapprofiel (NEN-EN16147) COP tapwater (EN16147)* 1,87 2,33 Werkdruk cv (max.) MPa / 0,25 / 2,5...
  • Pagina 124 Waterkwaliteitseisen Toegestane zuurgraad cv-water pH 6,5 – 8,0 6,5 – 8,0 Concentratie chloride (max.) mg/l Concentratie actieve chloride mg/l (max.) Waterhardheid (CaCO , max.) °F/°dH < 5 / < 9 < 5 / < 9 Concentratie ijzer (max.) mg/l Concentratie koper (max.) mg/l Concentratie aluminium (max.) mg/l...
  • Pagina 125: Specificaties Climatecontrol Module (Optioneel)

    11.2 SPECIFICATIES CLIMATECONTROL MODULE (OPTIONEEL) Specificatie Eenheid Waarde Afmetingen (H x B x D) 570 x 596 x 661 Stroomspanning V ~Hz 230 ~50 Maximale stroomsterkte Vermogen ventilator Type grof filter Type fijn filter Gewicht (excl. bevestigingsbeugel) IP-klasse IP21 11.3 STOOKLIJNEN Gebruik de grafiek in figuur 69 en de onderstaande tabellen om de stooklijn met de juiste waarde te selecteren.
  • Pagina 126 Onderstaande tabel geeft de temperatuur van de cv-aanvoer weer voor verschillende stooklijnen en buitentemperaturen: Buiten- temperatuur C -15 ► Stooklijn ▼ 17,9 24,8 31,7 38,5 44,9 50,9 56,7 62,2 17,8 24,1 30,5 36,8 42,7 48,2 53,5 58,5 17,5 23,4 29,3 35,2 40,6 45,7...
  • Pagina 127 Onderstaande grafiek (figuur 70) geven het maximum verwarmingsvermogen weer: Figuur 70 Verband tussen het max. verwarmingsvermogen en het ingestelde luchtdebiet. Onderstaande tabel geeft het verband tussen het koelvermogen en het ingestelde luchtdebiet weer: Luchtdebiet in koelbedrijf (m Koelvermogen (kW) 450* *Het luchtdebiet in koelbedrijf mag niet lager dan 450 m /h zijn.
  • Pagina 128: Systeemoverzicht

    11.4 SYSTEEMOVERZICHT Deze paragraaf bevat systeemoverzichten van de Modul-AIR Red, Modul-AIR Blue en de ClimateControl bij verschillende toepassingen. 11.4.1 MODUL-AIR RED BIJ RUIMTEVERWARMING Figuur 71 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Red toegepast voor ruimteverwarming.
  • Pagina 129: Modul-Air Red Bij Productie Warm Tapwater

    11.4.2 MODUL-AIR RED BIJ PRODUCTIE WARM TAPWATER Figuur 72 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Red toegepast voor de productie van warm tapwater.
  • Pagina 130: Modul-Air Blue Bij Ruimteverwarming

    11.4.3 MODUL-AIR BLUE BIJ RUIMTEVERWARMING Figuur 73 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Blue toegepast voor ruimteverwarming.
  • Pagina 131: Modul-Air Blue Bij Productie Warm Tapwater

    11.4.4 MODUL-AIR BLUE BIJ PRODUCTIE WARM TAPWATER Figuur 74 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Blue toegepast voor de productie van warm tapwater.
  • Pagina 132: Modul-Air Blue Bij Ruimteverkoeling

    11.4.5 MODUL-AIR BLUE BIJ RUIMTEVERKOELING Figuur 75 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Blue toegepast voor ruimteverkoeling.
  • Pagina 133: Modul-Air Blue Bij Productie Warm Tapwater Tijdens Koeling

    11.4.6 MODUL-AIR BLUE BIJ PRODUCTIE WARM TAPWATER TIJDENS KOELING Figuur 76 Systeemoverzicht van de Modul-AIR Blue toegepast voor de productie van warm tapwater tijdens koeling.
  • Pagina 134: Climatecontrol Bij Ruimteverwarming

    11.4.7 CLIMATECONTROL BIJ RUIMTEVERWARMING Figuur 77 Systeemoverzicht van de ClimateControl toegepast voor ruimteverwarming. 11.4.8 CLIMATECONTROL BIJ RUIMTEVERKOELING Figuur 78 Systeemoverzicht van de ClimateControl toegepast voor ruimteverkoeling.
  • Pagina 135: Garantie

    • de Modul-AIR is geïnstalleerd door een erkend installatiebedrijf. • de Modul-AIR in bedrijf gesteld is door Inventum Technologies B.V. of een door Inventum Technologies B.V. erkend installatiebedrijf. • de eerste diagnose door een erkend installateur is uitgevoerd.
  • Pagina 136: Garantie-Uitsluiting

    Alle relevante onderdelen zijn op korte termijn te verkrijgen. Inventum Technologies B.V. of de leverancier accepteert geen aansprakelijkheid voor schade of lichamelijk letsel van welke aard dan ook ontstaan door: • het niet opvolgen van de instructies in deze handleiding.
  • Pagina 137: Parameters Inbedrijfstelling

    Parameters inbedrijfstelling Op deze paginas kunnen tijdens de inbedrijfstelling van de Modul-AIR de aangepaste parameters worden bijgehouden. Omschrijving Parameter Waarde/stand op datum: Ventilatie Stand laag / afwezig Vent.snelheid Langzaam Stand normaal/ Vent.snelheid Normaal aanwezig Stand hoog / timer Vent.snelheid Snel CCM tov Red &...
  • Pagina 138 Koeling Koeling functie Koeling geïnstalleerd vrijgeven Comfort temperatuur Comfort temperatuur Min. aanvoertemp. Min. aanvoertemp. koeling koeling Condensatie marge Condensatie marge Overige Max. compressor Compressor freq. max. frequentie Compressor Nacht freq. Max Compressor Nacht start Compressor Nacht einde Compressor Geblokkeerde freq Compressor Geblokkeerde freq * Alleen van standaard instellingen afwijken als control modus IN gebruikt wordt.
  • Pagina 139 NOTITIES...
  • Pagina 140 Inventum Technologies B.V. Kaagschip 25, 3991 CS Houten Postbus 275, 3990 GB Houten adres postadres +31 (0)30 274 84 84 +31 (0)30 274 84 85 info@inventum.com www.inventum.com mail...