2.3 Stuurleiding, expansievat en
smoorkoppeling
De stuurleiding moet lokaal worden gefabri-
ceerd; in geval van stoom met 3/8" en bij
lucht/water uit 8 x 1 of 6 x 1 mm buis.
Stuurleidingset
Een set voor directe drukopname aan de
ventielbehuizing kan als toebehoren bij de
leverancier worden besteld.
Expansievat:
Een expansievat is nodig bij vloeistoffen
warmer dan 150 °C en bij stoom.
De inbouwpositie van het expansievat is ge-
markeerd door een sticker met een pijl en
via het op de bovenzijde ingeslagen woord
"boven".
Deze inbouwpositie moet worden aange-
houden omdat anders het betrouwbaar
functioneren van de drukreduceer niet is ge-
waarborgd.
1
pgelet!
Millibar-overstortventielen moeten verticaal,
met de aandrijving naar boven gericht worden
Inbouwvoorbeeld
⋅
ig. 3
2
3
4
De van het drukaftappunt komende leiding
wordt op de 3/8" sok op het expansievat
gelast.
Het expansievat moet altijd op het hoogste
punt in de leiding worden opgesteld, d.w.z
ook de stuurleiding tussen het expansievat
en de aandrijving moet onder afschot wor-
den gelegd. Hier moet 3/8" leiding worden
gebruikt met schroefkoppelingen.
De stuurleiding moet minimaal 1 m verwij-
derd van de ventielinlaat op de voordruklei-
1
ding (p
) worden aangesloten (fig. 3).
Opmerking!
Wanneer de regelaar tot pendelen neigt,
dan verdient het aanbeveling, op de stuur-
leidingaansluiting (16) een SAMSON-
smoorkoppeling in te bouwen.
5
6
7
1 Afsluitventiel
2 Manometer voordruk
3 Filter
4 Expansievat
5 verstortventiel
6 Manometer nadruk
7 Afsluitventiel
nbouw
B 2517 NL
7