lgemene veiligheidsinstructies
e drukregelaar mag alleen door vakkundig en opgeleid personeel worden
ingebouwd, in bedrijf worden genomen en worden onderhouden. aarbij
moet worden gewaarborgd, dat personeel of derden niet in gevaar komen.
e drukregelaars voldoen aan de eisen van de Europese richtlijn. Bij ventie-
len, die zijn voorzien van een CE-markering, geeft de conformiteitsverklaring
uitkomst over de gebruikte conformiteits-beproevingsmethode. e bijbehoren-
de conformiteitsverklaring is beschikbaar op http://www.samson.de en kan
daar tevens worden gedownload.
Voor een correct gebruik moet worden gewaarborgd dat de drukregelaar al-
leen daar wordt toegepast, waar de bedrijfsdruk en de temperaturen dit waar-
den, welke ten grondslag lagen aan de bestelling, niet overschrijden.
Voor schade die ontstaat door externe krachten of andere externe invloeden
is de leverancier niet verantwoordelijk!
Gevaren die kunnen ontstaan aan de drukregelaar door het medium, de be-
drijfsdruk of door bewegende onderdelen, moeten met daarvoor geschikte
maatregelen worden voorkomen.
eskundig transport en correcte opslag van het apparaat is een absolute voor-
waarde.
Belangrijk!
Regelaars zonder hulpenergie mogen pas na montage van alle onderdelen
zoals bijv. ventiel, aandrijving en stuurleidingen in bedrijf worden genomen.
Stuurleidingen moeten geopend zijn en voor de inbedrijfname worden gecon-
troleerd op een correcte aansluiting.
Bij de demontage van regelaar zonder hulpenergie moet erop worden gelet,
dat ook de installatiedelen drukloos worden gemaakt, waarop de stuurleidin-
gen zijn aangesloten. Anders moeten de stuurleidingen worden afgesloten.
Bij de inbedrijfname moet de installatie langzaam worden gevuld.
Bij het afpersen van de installatie met drukregelaars moet worden gewaar-
borgd, dat de membraanaandrijving niet wordt beschadigd door de testdruk.
e maximaal toegestane druk in de aandrijving mag niet worden overschre-
den, bij extern aangebrachte stuurleidingen moeten deze worden afgesloten.
e drukregelaar moet tegen bevriezing worden beschermd, wanneer het te re-
gelen medium (bijv. water) kan bevriezen. Wanneer de regelaar is inge-
bouwd in ruimten die niet vorstvrij zijn, dan moet deze tijdens bedrijfsstilstand
worden uitgebouwd.
Veiligheidsinstructies
B 2517 NL
3