Geheugentoekenning
Toepassingen
Voorgestelde waarden
Pagina 2-24
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe geheugen wordt toegewezen.
Geheugen is bedoeld voor:
½
Systeem
½
Ontvangstbuffer
½
Paginabuffer
½
PCL-geheugen
½
PS-geheugen
U kunt geheugen toewijzen aan bijvoorbeeld de paginabuffer via
het printerbedieningspaneel of CentreWare Internetservices. Het
toegewezen geheugen is beschikbaar nadat de printer is uitgezet en
daarna weer aangezet (of nadat het systeem opnieuw is gestart).
"Opties in het algemene menu" op pagina 5-11 raadplegen voor
meer informatie over ieder geheugen en de manier waarop dit
wordt ingesteld op het printerbedieningspaneel.
"CentreWare Internetservices" op pagina 5-38 raadplegen voor meer
informatie over het gebruik van CentreWare Internetservices.
Systeem
Ruimte ingenomen door het printersysteem, waarbij de capaciteit
onveranderd blijft.
Gebruik Ontvangstbuffer
Er wordt een ontvangstbuffer voorbereid voor elke meervoudige
poort, zodat gegevens kunnen worden ontvangen van de poorten.
De volgende ontvangstbuffers kunnen worden ingesteld:
½
Parallelle buffer
½
SMB-spoolen
½
LPD-spoolen
½
IPP-spoolen
½
NetWare-geheugen
½
EtherTalk-geheugen
½
USB-geheugen
½
Port9100-geheugen
Aanbevolen wordt niet-gebruikte poorten te stoppen, en geheugen toe
te kennen voor andere toepassingen.
Voor het NetWare-geheugen is de standaardwaarde doorgaans voldoende.
Voor het EtherTalk-geheugen wordt aanbevolen zoveel mogelijk
ruimten te behouden. U dient de optionele PostScript-set te installeren
om dit in te stellen.
XEROX WorkCentre Pro 423/428 Printer – Handleiding voor de gebruiker