TCP/IP gebruiken
Tijdens de installatie
Het apparaat aan- en uitzetten
XEROX WorkCentre Pro 423/428 Printer – Handleiding voor de gebruiker
De volgende voorzorgsmaatregelen en beperkingen zijn van
toepassing wanneer de printer wordt gebruikt met het TCP/IP-protocol.
Installatie op de printer
½
Zeer voorzichtig zijn wanneer IP-adressen worden ingesteld voor
een heel systeem. Eerst contact opnemen met de
systeembeheerder voordat er een IP-adres wordt gespecificeerd.
½
Afhankelijk van het gebruikte netwerk kan het nodig zijn het
subnetmask en gateway-adres in te stellen. Contact opnemen met
de systeembeheerder om de benodigde opties in te stellen.
½
Wanneer de poort is ingesteld op Inschakelen en dit tot een tekort
aan geheugen leidt, verschijnt er een bericht van die strekking op
het bedieningspaneel en de poortstatus kan automatisch op
Uitschakelen worden ingesteld. Wanneer dit gebeurt, de poorten die
niet worden gebruikt instellen op Uitschakelen, de
geheugentoewijzing wijzigen of extra geheugen installeren.
½
De omvang van het geheugen specificeren voor de ontvangstbuffer
dat voor de omgeving nodig is. Indien de capaciteit van het
geheugen voor de ontvangstbuffer niet groot genoeg is voor de
bestandsgegevens die binnen komen, kan het gebeuren dat deze
gegevens niet worden ontvangen.
Installatie op de computer/het werkstation
½
Zeer voorzichtig zijn wanneer IP-adressen worden ingesteld voor
een heel systeem. Eerst contact opnemen met de
systeembeheerder voordat er een IP-adres wordt gespecificeerd.
½
Voordat er netwerkgegevens (zoals het IP-adres) worden ingesteld
op een computer die wordt gebruikt onder Network Information
Service (NIS), de NIS-beheerder raadplegen.
Aan het volgende denken wanneer het apparaat wordt uitgezet.
Wanneer LPD-spoolen is ingesteld op Geheugen
(spool-mode)
Alle afdrukgegevens die naar het printergeheugen zijn gespoold,
inclusief de gegevens die op dat moment worden afgedrukt, worden
gewist. Deze gegevens zijn niet langer beschikbaar wanneer de printer
vervolgens weer wordt aangezet.
Wanneer de printer echter wordt uitgeschakeld direct nadat de
afdrukgegevens zijn verzonden, kunnen deze zijn opgeslagen in het
computergeheugen. In dat geval worden nadat de printer weer is
aangezet de opgeslagen gegevens eerst afgedrukt, zelfs wanneer er
nieuwe afdrukgegevens zijn gespecificeerd.
Pagina 6-5