26
Sleutels, portieren en ruiten
Inschakelen
Druk binnen vijf seconden tweemaal
op e van de handzender.
Diefstalalarmsysteem
Het alarmsysteem is gecombineerd
met het vergrendelingssysteem.
Het bewaakt:
● portieren, achterklep, motorkap
● contactslot
Bij het ontgrendelen van de auto wor‐
den beide systemen tegelijk uitge‐
schakeld.
Activering
● Activeert zichzelf 30 seconden
nadat u de auto vergrendelt (ini‐
tialisatie van het systeem).
● Direct wanneer u na het vergren‐
delen nogmaals op e van de
handzender drukt.
Let op
Bij wijzigingen in het interieur, zoals
het gebruik van stoelhoezen en bij
open ruiten, werkt de bewaking van
het interieur wellicht minder goed.
Status-LED
De status-LED is geïntegreerd in de
sensor boven op het instrumentenpa‐
neel.
Status tijdens de eerste 30 seconden
na het activeren van het alarmsys‐
teem:
Led aan
: test, inschakelver‐
traging
Led knippert
: portieren, achter‐
snel
klep of motorkap
niet goed dicht,
eventuele sys‐
teemstoring
Status nadat systeem is geactiveerd:
Led knip‐
: systeem is geactiveerd
pert lang‐
zaam
Bij storingen de hulp van een werk‐
plaats inroepen.
Deactivering
Bij het ontgrendelen van de auto
wordt het diefstalalarmsysteem ge‐
deactiveerd.