De toetsen van het bedieningspaneel
De functies van de toetsen op het bedienings-
paneel worden hier beschreven. De nummers bij
de beschrijvingen komen overeen met de
nummers in figuur 3.
1
Cijfertoetsen - De toetsen 0 t/m 9 worden
gebruikt om het aantal kopieën te selecteren (het
aantal dat is ingesteld in de mode hulppro-
gramma's is het maximum). Deze toetsen worden
ook gebruikt om toegangscode in te voeren.
2
Beheer - Deze toets wordt door de systeembe-
heerder gebruikt.
3
Toegang - Het kopieerapparaat kan in de gewone
kopieermode (zonder toegangscode) worden
aangezet.
Wanneer de mode Toegangscode voor de
gebruiker is ingeschakeld, dient u de toets
Toegang te gebruiken om het toegangsscherm te
tonen. Alvorens u kunt gaan kopiëren, dient u uw
toegangscode in te voeren. Nadat de opdracht is
uitgevoerd, drukt u nog eens op de toets Toegang
om het toegangsscherm te verlaten. Zo zorgt u
ervoor dat niemand anders met uw code kan
kopiëren.
DOCUCOLOR 12 HANDLEIDING VOOR DE GEBRUIKER
2
1
Figuur 3: De toetsen van het
2–3
3
6
5
7
8
bedieningspaneel
AAN DE SLAG MET DE DOCUCOLOR 12
1
4
2
3
4
5
6
7