• Alle laagenergetische hoogspanningsbronnen aangedreven door een transformator met een hoge wikke-
lingsweerstand, zoals delen van kopieermachines onder hoge spanning.
- CAT II /// Ontvangers aangesloten op eenfasige aansluitingen /// • Huishoudtoestellen, draagbare appa-
raten en andere ladingen in huis of soortgelijke.
• Aansluitingen en circuits met lange takken.
• Aansluitingen op een afstand van meer dan 10m van de bronnen CAT III.
• Aansluitingen op een afstand van meer dan 20m van de bronnen CAT IV.
- CAT III /// Driefasige verdeling, met daarin een eenfasige winkelverlichting /// • Toestellen in vaste
installaties zoals verdeelkasten en meerfasige motoren.
• Leidingen en toevoerapparaten in industriële bedrijven.
• Toevoerapparaten en circuits met korte vertakkingen, toestellen voor distributieplaten.
• Verlichtingssystemen in grotere gebouwen.
• Aansluitingen van toestellen met een korte verbinding met een service-ingang.
CAT IV /// Driefasige toepassingsverbindingen, alle circuits buiten de gebouwen /// • Refereert naar de
bron van de installatie; b.v. daar waar laagspanningsverbindingen zijn uitgevoerd naar het netvoedings-
systeem.
• Elektriciteitsmeters, basisapparatuur voor overstroombeveiliging.
• Service- en externe ingangen, dienstdoorgangen van masten naar gebouwen, verbindingen tussen meters
en panelen.
• Bovenleidingen voor afgelegen gebouwen, ondergrondse leidingen voor pompen.
* Tijdens het gebruik van deze meter moet de gebruiker alle standaardveiligheidsprincipes in acht nemen
met betrekking tot:
bescherming tegen gevaren gerelateerd aan elektrische stroom.
beveiliging van de meter tegen incorrect gebruik.
* Voor de eigen veiligheid mogen enkel de meetsondes die meegeleverd zijn met het toestel gebruikt worden.
Alvorens deze te gebruiken, moet u controleren of ze in goede staat zijn.
1.1.2. Tijdens het werken met het toestel
* Indien u de meter gebruikt in de nabijheid van toestellen die storingen veroorzaken, moet u zich ervan
bewust zijn dat het scherm instabiel kan worden of er grote meetfouten kunnen ontstaan.
* De meter of de meetsnoeren mogen niet gebruikt worden indien ze beschadigd zijn.
* De meter mag enkel zo gebruikt worden als beschreven in de gebruiksaanwijzing. In het tegengestelde
geval is het mogelijk dat de beveiligingen van de meter niet meer werken.
* Voorzichtigheid is geboden tijdens het werken in de nabijheid van niet-afgeschermde circuits of rails.
* De meter mag niet gebruikt worden in de nabijheid van explosieve gassen, stoom of stof.
* De werking van de meter moet gecontroleerd worden door het uitvoeren van metingen van spanning
waarvan de waarde gekend is. De meter mag niet gebruikt worden indien hij niet correct werkt. De bevei-