[Video] menu
[Flikker
onderdrukking
(Video)]
[Niveau
masterpedestal]
[SS/gain bediening]
[Int. dynamisch
bereik]
[Vignetteercomp.]
[Diffractiecompensatie]
[Filterinstellingen]
[Afbeeldingskwaliteit]
[1/50]/[1/60]/[1/100]/[1/120]/ [OFF]
De sluitersnelheid kan vastgezet worden om
flikkeren van of strepen in het bewegende beeld te
reduceren.
Dit kan worden ingesteld als [Autom. belichting
0
P/A/S/M] op [ON] is gezet.
[j15] tot [15] ( [0])
U kunt het zwartniveau aanpassen dat als
referentie voor de beelden dient.
[SEC/ISO]/[ANGLE/ISO]/[SEC/dB]
U kunt de waarde-eenheden van de sluitertijd en
de gain (gevoeligheid) omschakelen.
[AUTO]/[HIGH]/[STANDARD]/[LOW]/ [OFF]
Contrast en belichting worden gecompenseerd als
het verschil in helderheid tussen de achtergrond
en het onderwerp groot is.
[ON]/[OFF]
Wanneer de schermomtrek donkerder wordt
wegens de eigenschappen van de lens, kunt u
foto's maken met de helderheid van de
schermomtrek gecorrigeerd.
[AUTO]/ [OFF]
De camera verhoogt de beeldresolutie door de
wazigheid te corrigeren die door diffractie
veroorzaakt wordt wanneer de lensopening
dichtgaat.
[Filtereffect]
[Gelijktijdig zond.
filter]
Deze modus maakt opnames met extra
beeldeffecten (filters).
[ON]/ [OFF]/[SET]
[ON]/ [OFF]
15. Menugids
—
l
279
l
286
399
l
l
400
l
400
l
216
411