De handelingen voor filter on/off kunnen op een Fn-knop geregistreerd worden:
0
[
]
[
[Filtereffect] (l 367)
Wanneer het instellingenscherm van [Filtereffect] weergegeven wordt met
0
gebruik van de Fn-knop, zal het drukken op [DISP.] het scherm voor de
selectie van het filter weergeven.
Het type onscherpte instellen ([Miniatuureffect])
1
Zet [Filtereffect] op [Miniatuureffect].
2
Druk op 3 om het instellingenscherm weer te geven.
Het instelscherm kan ook weergegeven worden door aanraking van [
0
vervolgens [
3
Druk op 34 of 21 om het scherp
gestelde gedeelte te verplaatsen.
0
U kunt het in-focus gedeelte ook verplaatsen
door het scherm aan te raken.
U kunt de onscherpte-oriëntering ook
0
omschakelen door [
4
Draai aan
grootte van het scherp gestelde gedeelte te wijzigen.
Het gedeelte kan ook vergroot/verkleind worden door dit op het scherm samen
0
te knijpen/te spreiden.
Druk op [DISP.] om de instelling van het in-focus gedeelte op de
0
fabrieksinstelling te resetten.
5
Druk op
Er wordt geen audio in video's opgenomen.
0
Wanneer de systeemfrequentie is ingesteld op [59.94Hz (NTSC)], is de lengte
0
van de video-opname ong. 1/10 van de werkelijke opnametijd. De
weergegeven video-opnametijd zal ongeveer 10 keer langer zijn dan de
opnametijd die wordt weergegeven voor de normale video-opname.
Wanneer de systeemfrequentie is ingesteld op [50.00Hz (PAL)] of [24.00Hz
(CINEMA)], is de lengte van de video-opname ong. 1/8 van de werkelijke
opnametijd. De weergegeven video-opnametijd zal ongeveer 8 keer langer zijn
dan de opnametijd die wordt weergegeven voor de normale video-opname.
0
Als de opname van bewegende beelden na korte tijd eindigt, kan het zijn dat
de camera nog even doorgaat met opnemen.
]
[Fn knopinstelling]
].
] aan te raken.
,
of
om de
of
om in te stellen.
8. Witbalans/Beeldkwaliteit
[Instelling in opnamemodus]
] en
219