7. Meting/Belichting/ISO-gevoeligheid
De effecten van de ingestelde lensopeningwaarde en sluitertijd zullen niet op
0
het opnamescherm zichtbaar zijn.
Gebruik [Voorvertoning] om de effecten op het opnamescherm te controleren.
(l 196)
De helderheid van het opnamescherm en van de op dat moment opgenomen
0
beelden kan verschillend zijn.
Controleer de beelden op het afspeelscherm.
Als u een lens gebruikt die een ring voor de lensopening heeft, zet de positie
0
van deze ring dan op iets anders dan [A] om de diafragmawaarde van de lens
te gebruiken.
U kunt de bediening van de draaiknop aanpassen aan uw voorkeur:
0
[
]
[
[Draairichting (F/SS)] (l 428)
Het opnamescherm kan een belichtingsmeter weergeven die het verband
0
tussen de diafragmawaarde en de sluitertijd aangeeft:
[
]
[
190
]
[Instellingen wieltje]
]
[Lichtmeter] (l 436)
[Wieltje toewijzen (F/SS)]/