BELANGRIJK
Neem contact op met de klantenservice om het
apparaat te converteren naar een ander type gas.
Dit apparaat is geschikt en getest voor werking op
aardgas of LPG, afhankelijk van het model (raad-
pleeg
het
GEGEVENS);
E.8.2
Nominaal thermisch vermogen
Raadpleeg hoofdstuk D TECHNISCHE GEGEVENS.
Het nominaal thermisch vermogen wordt bepaald door de
aansluitdruk van het gas en de doorsnede van het diafragma
(sproeier) van de gasklep.
In het geval van nieuwe installaties en/of conversie naar een
ander type gas moet het nominaal thermisch vermogen van
het apparaat altijd gecontroleerd worden door een erkend
installateur of door het gasbedrijf.
Het is verboden wijzigingen van welke aard dan ook in het
nominaal thermisch vermogen aan te brengen.
E.8.3
Rookafvoer
Voor AUSTRALIË moet de ventilatie voldoen aan de Austra-
lische bouwvoorschriften en moeten de afzuigkappen in de
keuken voldoen aan AS/NZS1688.1 en AS 1668.2.
E.8.4
Afvoer verbrande gassen
Neem tijdens de installatie de instructies in acht die worden
vermeld in de versies van alle plaatselijke normen die
momenteel van toepassing zijn.
PAS OP
Verstikkingsgevaar!
Onaanvaardbare concentraties van schadelijke producten
(CO en CO2) in de installatieruimte moeten voorkomen
worden.
Uitlaatgas en ventilatiesnelheden
Grootte apparaat
Min. ventilatiesnelheid
38
1
ruimte [m³/h]
Min. luchttoevoer ver-
31
branding [m³/h]
Max. volumes uitlaat-
71
gas [m³/h]
Max. temperatuur uit-
360
laatgas [℃]
1.
Bij luchtrecirculatie moet rekening worden gehouden met de lucht die
nodig is voor verbranding (2 m³/h/kW van het geïnstalleerde gasvermogen).
LET OP:
Op grond van de geïnstalleerde thermische belas-
ting kunnen bepaalde lokale
veiligheidsverordeningen met betrekking tot venti-
latie van toepassing zijn. Controleer voorzieningen
waarvoor installatie in ruimtes die voorzien zijn van
airconditioningsystemen nodig zijn op toevoer- en
afvoerventilatie.
Ga als volgt te werk voor het installeren van het
afvoersysteem:
Convectie-/Heteluchtgasovens worden op grond van de toe-
gepaste verbrandingstechnologie onderverdeeld al naar
gelang de "Soort constructie". De verordeningen voorzien in
een afvoersysteem voor elke soort verbrand gas.
• stel de ""Soort constructie"" van het betreffende model vast
op grond van paragraaf D TECHNISCHE GEGEVENS of
het typeplaatje;
• raadpleeg de schema's die hieronder worden toegelicht:
1. SOORT CONSTRUCTIE "A3": OPLOSSING 1 (recht-
streekse afvoer onder een afzuigkap zonder
rookafvoer)
hoofdstuk
D
TECHNISCHE
64
62
94
108
52
50
76
87
121
126
192
218
370
416
420
410
A
A
Afvoergas van stoomgenerator (gasmodellen met boiler)
B
Warmtewisselaar afvoergas ovenruimte (alle gasmodellen)
C
Stoomafvoer (elektrische en gasmodellen)
De uitlaatgassen worden via de ventilatiesystemen van de
keuken naar buiten gevoerd.
PAS OP
188
Zorg ervoor dat het ventilatiesysteem in
staat is om de hoeveelheid uitlaatgassen
152
die door het apparaat worden geprodu-
ceerd af te voeren.
413
2.
SOORT CONSTRUCTIE "A3": OPLOSSING 2 (afvoer
472
onder een afzuigkap met rookafvoer)
C
B
49