Inhoudsopgave
Advertenties
7.0
DE RIJSNELHEID
De effectiviteit van het beluchten heeft te maken met de bodemgesteldheid, rijsnelheid en het
toerental van de PTO.
Voor het beluchten met de Verti-Quake
– 0.9 mph) met een PTO toerental van max. 540 omw./min.
De rijsnelheid en het toerental van de PTO moeten gevoelsmatig worden afgesteld naar de
bodemgesteldheid en de mate van beluchting die gewenst is.
8.0
START/STOP PROCEDURE
De start procedure is ZEER belangrijk. Als deze procedure niet wordt uitgevoerd als hieronder is
beschreven, kunnen er serieuze beschadigingen aan de Verti-Quake
De start procedure is als volgt:
1. Observeer de Verti-Quake
!! Indien niet dan dienen de problemen eerst verholpen te worden alvorens de
®
Verti-Quake
te gebruiken !!
2. Koppel de Verti-Quake
3. Rij naar de plek waar de bewerking moet plaatsvinden.
4. Laat de machine zakken, totdat de messen de ondergrond bijna raken.
5. Schakel de tractor in de juiste versnelling met de vierwielaandrijving ingeschakeld.
6. Zet de tractor motor op ca. 1200 omw/min. en schakel de PTO in.
7. Breng het PTO-toerental omhoog tot ±300 omw./min.
8. Breng te tractor in beweging en laat de Verti-Quake
zakken.
9. Breng het PTO-toerental omhoog tot de maximale waarde van 540 omw./min.
10. Voer de rijsnelheid op tot maximaal 1.5 km/h (0.9 mph)
Verstel de topstang zodanig dat het achterste gedeelte van de sleepvoeten
parallel aan de ondergrond ligt.
Dit verlaagt de druk van de machine op de ondergrond en voorkomt schade aan de
ondergrond.
Werk in rechte lijnen; bochten leveren schade op aan de te bewerken
ondergrond/machine.
16
®
wordt een rijsnelheid aanbevolen van 0.5 tot 1.5 km/h (0.3
®
goed en kijk of alle onderdelen goed functioneren.
®
aan de tractor.
(fig. 12)
®
ontstaan.
®
met een vloeiende beweging in de grond
Fig. 12
Advertenties
Inhoudsopgave
