8. Bevestig met ENTER het info- en instructievenster.
Service-reset wordt automatisch uitgevoerd.
Na succesvolle service-reset verschijnt de tekst: Service-interval gereset.
9. Bevestig met ENTER info-venster.
8.3.6
Basisinstelling
Met deze functie kunnen componenten en ECU's met parameters van de fabrikant worden ingesteld of
aangepast.
8.3.6.1
Voorwaarden voor basisinstelling
Vóór het kunnen uitvoeren van een basisinstelling moet het volgende in acht worden genomen:
•
Voertuigsysteem werkt foutloos.
•
Geen storing in het ECU-foutcodegeheugen opgeslagen.
•
Eventuele voertuigspecifieke voorbereidingen zijn uitgevoerd.
8.3.6.2
Manuele basisinstelling uitvoeren
Ga voor het uitvoeren van de manuele basisinstelling als volgt te werk:
WAARSCHUWING
Verkeerd uitgevoerde basisinstelling
Menselijk letsel of voertuigbeschadiging
Neem bij uitvoering van een basisinstelling het volgende in acht:
•
Selecteer correct type voertuig.
•
Let op info- en instructievenster.
VOORZICHTIG
Losraken van de DT VCI bij bediening van de koppeling
Letselgevaar/gevaar van materiële schade.
Ga vóór het starten als volgt te werk:
1. Parkeerrem aantrekken.
2. Stationair inschakelen.
3. Let op info- en instructievenster.
OPMERKING
De keuze van de hierna genoemde mogelijkheden is afhankelijk van het geselecteerde
merk en het voertuigtype:
•
Functies
•
Onderdelengroepen
•
Systemen
•
Data
Werken met het apparaat
Diagnose
50