1. Steek de DT VCI in de diagnose-aansluiting van het voertuig.
Beide leds van DT VCI knipperen. DT VCI is operationeel.
2. Voer stappen 1–11 uit zoals beschreven in hoofdstuk Voertuigselectie (Pagina 37).
3. Selecteer en bevestig >Foutcode<.
4. Selecteer en bevestig >Globale test<.
5. Selecteer indien nodig meer subfuncties.
Alle ECU's die in het voertuig zijn ingebouwd, worden weergegeven.
Alle ECU's worden automatisch door het apparaat geactiveerd.
Met F2 en >Resetten< kunnen alle ECU's worden gedeactiveerd.
Met
6. Activeer/deactiveer de gewenste ECU's.
7. Met F1 globale test met foutcode-lezen starten.
8. Let op info- en instructievenster.
9. Bevestig met ENTER het info- en instructievenster.
Communicatie met voertuig wordt opgebouwd.
Geactiveerde ECU's worden uitgelezen. Dit kan tot enkele minuten duren.
Aantal foutcodes in het betreffende ECU-geheugen wordt weergegeven.
10. Haal met F1 de gewenste foutcode op.
Foutcodes met reparatiehulp worden weergegeven.
8.3.2.3
Globale test foutcode-wissen
Met deze functie kunnen alle foutcodes die in ECU's zijn opgeslagen worden gewist.
Ga voor het uitvoeren van de globale test met foutcode-wissen als volgt te werk:
en
kunnen ECU's afzonderlijk worden gedeactiveerd/geactiveerd.
OPMERKING
Aangezien de opgeslagen foutcodes na de globale test met foutcode-wissen niet meer
kunnen worden opgeroepen, raden wij u aan om eerst de globale test met foutcode-
lezen uit te voeren.
Werken met het apparaat
Diagnose
43