Spoelgoed inruimen
– Zet het spoelgoed zo in de rekken
dat het aan alle kanten door het wa-
ter kan worden bereikt. Alleen dan
kan het goed schoon worden.
– Plaats het spoelgoed zo dat de delen
elkaar niet afdekken.
– Instrumenten met holle ruimten moe-
ten ook van binnen goed kunnen
worden doorgespoeld.
– Bij het inruimen van instrumenten
met nauwe, lange holle ruimten in
c.q. het aansluiten van dergelijke in-
strumenten op het spoelsysteem
moet zijn gewaarborgd dat de instru-
menten goed kunnen worden door-
gespoeld.
– Plaats holle voorwerpen met de ope-
ningen naar beneden in de bijbeho-
rende wagens, rekken en inzetten.
Het water moet er goed in en uit kun-
nen. Gebruik eventueel netten om
glasbreuk te voorkomen.
– Dek licht spoelgoed met een net (bij-
voorbeeld A 6) af en plaats kleine
voorwerpen in een zeefschaal, zodat
ze de sproeiarm niet kunnen blokke-
ren en niet door de magnetische
strip van de automatische wagenher-
kenning kunnen worden
aangetrokken.
– Plaats spoelgoed met een diepe bo-
dem zo veel mogelijk schuin in het
rek, zodat het water eraf kan lopen.
– Plaats hoog, smal spoelgoed in het
midden van de wagens, zodat het
goed door het water kan worden be-
reikt.
Toepassingsmogelijkheden
– Wagens en rekken met een adapter
moeten op de juiste wijze worden
aangekoppeld.
– Plaats modules altijd correct in de
modulewagen.
– De sproeiarmen mogen niet door te
hoog of naar beneden uitstekend
spoelgoed worden geblokkeerd.
Controleer dit door de sproeiarmen
handmatig een keer rond te draaien.
– Om corrosie te voorkomen, is het aan
te raden alleen hoogwaardige instru-
menten van roestvrij staal te ge-
bruiken.
– Temperatuurgevoelige instrumenten
mogen alleen chemo-thermisch wor-
den gereinigd en gedesinfecteerd.
,
Reinig geen wegwerpinstrumen-
ten in deze automaat.
Houdt u zich aan de
beladingsvoorschriften die in het ka-
der van de validatie zijn vastgelegd!
Voorbereiden
Maak het spoelgoed leeg voordat u het
in de automaat zet (neem hierbij de gel-
dende voorschriften in acht).
,
Er mogen geen zuurresten of op-
losmiddelen, vooral geen zoutzuur
en chloride, in de spoelruimte te-
rechtkomen.
Opslag
Sla instrumenten die moeten worden
behandeld bij voorkeur droog op.
33