te maken), kan het maskeerkanaal worden gekalibreerd na de warble-procedure, aangezien het instrument dan al in de
juiste weergavemodus voor deze bewerking staat.
A2.5 VRIJEVELD WARBLETOON-KALIBRATIE
A2.5.1 Vrijeveld warbletoon-kalibratiemode openen
•
Houd de MENU-toets ingedrukt en gebruik vervolgens de MENU SELECT-toetsen om door de menu-items te
bladeren en toegang te krijgen tot "Set freefield level?"
•
Druk op de YES-toets, laat de MENU-toets los en u krijgt nu het vrijeveld-kalibratiescherm voor warbletonen
te zien
•
De audiometer geeft nu een output van 70dBHL vanaf het linker kanaal
Als referentie voor de kalibratie van de geluidsdrukniveaus van warbletonen worden de waarden uit ISO 389-7, tabel 1
gebruikt (binauraal, on-axis).
Freq [Hz]
125
dB SPL
92
Als er al een kalibratie van het spraakkanaal is uitgevoerd:
Pas het kalibratieniveau voor het 1kHz, linker kanaal aan met de SIGNAL
SPL-niveau te bereiken zoals gemeten door de SLM.
Als een kalibratie van het spraakkanaal niet vereist is:
De output van de externe versterker moet worden ingesteld om het hierboven gespecificeerde niveau te bereiken op
1000Hz (d.w.z. 72dBSPL) zoals gemeten door de SLM met de audiometer ingesteld op 0dB compensatie. Het niveau van
de versterker mag dan niet worden gewijzigd.
Als het 1 kHz linker kanaal gekalibreerd is:
Bij elke andere frequentie moet de afstelling dan als volgt worden uitgevoerd om de bovenstaande waarden te
verkrijgen zoals gemeten door de SLM.
•
Verander de frequentie met de FREQUENCY
nieuwe frequentie aan met de SIGNAL
SLM
•
Herhaal het bovenstaande totdat alle frequenties zijn gekalibreerd voor het linker kanaal
•
Om het rechter kanaal te kalibreren (indien nodig), drukt u op de RIGHT-toets (verander de volumeregeling
van de versterker niet)
•
Pas de kalibratie aan voor alle rechter kanaalfrequenties (inclusief 1000Hz) met behulp van de FREQUENCY
-toetsen en de SIGNAL
•
Om de niveaus op te slaan en de vrijeveld-kalibratiemodus te verlaten, drukt u op de MENU-toets
•
Indien nodig kunnen alle kalibratieniveaus worden ingesteld op de standaardwaarde nul door op de + 20dB-
toets te drukken in de vrijeveld-kalibratiemodus
Het is mogelijk dat, vanwege de karakteristieken van de luisterruimte of testopstelling, bovenstaande kalibratieniveaus
niet gehaald kunnen worden omdat de instelgrens voor één of meer frequenties bereikt is. Herschikking van de
luisterruimte kan de situatie verbeteren, maar zo niet, dan is het volgende een mogelijke oplossing:
34 MODEL 260 GEBRUIKSAANWIJZING
250
500
750
81
74
72
-toetsen zoals hierboven beschreven
APPENDIX 2 – VRIJEVELD-KALIBRATIEPROCEDURE
1000
1500
2000
72
70.5
68.5
-
-toetsen en pas vervolgens het kalibratieniveau voor de
-toetsen om het juiste niveau te bereiken zoals gemeten door de
3000
4000
64
63.5
toetsen om het hierboven gespecificeerde
6000
8000
72.5
81.5