6
Wonen
6.5.4.2
Verduisteringsrolgordijn en rolhor openen/sluiten
Afb. 61
Openen/sluiten:
1. Verduisteringsrolgordijn (Afb. 61/1) resp. rolhor (Afb. 61/2) aan de greeplijst
2. Zowel rolgordijnen met greep (Afb. 61/3) aan elkaar koppelen.
3. Voor het loskoppelen de toets (Afb. 61/4) indrukken en greep (Afb. 61/3) kantelen.
4. Rolhor (Afb. 61/2) van het verduisteringsrolgordijn (Afb. 61/1) losmaken.
5. Verduisteringsrolgordijn en insectengaas zoals beschreven openen/sluiten (zie
6.5.5
Skyroof-dakluik voor T-model
6.5.5.1
Skyroof-dakluik openen/sluiten
Sluit dakluik en open rolgordijnen voordat u gaat rijden.
Bij zonlichtinstraling in het algemeen de rolhor en het verduisteringsrolgordijn
Sluit het verduisteringsrolgordijn overdag max. 2/3 om oplopende hitte te
Bij stilzetten van het voertuig gedurende een langere periode de rolgordijnen
Dakluik bij sterke wind/regen niet openen.
Dakluik bij sneeuwval en regen sluiten.
80
Rolgordijnen dakluik
verschuiven.
paragraaf 6.5.1.1).
gebruiken.
vermijden.
geopend laten.
CAR-0001-02NL