4
Tijdens het rijden
12. Het zitkussen (Afb. 24/3) plaatsen.
4.6
Vouwverduisteringen/rolluiken voor
Tijdens het rijden moeten de vouwverduisteringen voor het raam aan
Het frontrolluik voor de voorruit moet geopend zijn.
4.7
Buitenspiegels
Afb. 29
De instelbare autospiegel (Afb. 29/2) wordt via de navigatieschakelaar in de deur van de
bestuurderscabine bediend.
Meer gegevens en aanwijzingen over de spiegelverstelling (in het bijzonder voor
48
bestuurderszijde en het raam aan bijrijderszijde geopend, vergrendelt en zeker
gesteld zijn.
Buitenspiegel met lamp in deur
bestuurderscabine
T-model) vindt u in de bijgevoegde gebruiksaanwijzing van de voertuigfabrikant.
1
Deur in bestuurderscabine-lamp in de spiegelarm
2
Verstelbare autospiegel
3
Groothoekspiegel
CAR-0001-02NL