Sluiten:
1. Deur sluiten, sleutels in slotcilinder steken en rechtsom tot de aanslag omdraaien.
2. Sleutel in middenstand terugdraaien en uittrekken.
Bij T-model: Zie voor het openen en sluiten van de bestuurdersdeur de
6.1.1.2
Deur van de bestuurderscabine binnen
Afb. 37
Cabinedeur openen:
1. Aan de deurgreep (Afb. 37/1) trekken. Het deurslot wordt automatisch ontgrendeld.
Raam openen/sluiten:
1. Toets (Afb. 37/2) indrukken. Het raam gaat automatisch open/dicht.
Bij T-model: Zie voor het openen en sluiten van de bestuurdersdeur de
CAR-0001-02NL
Deurslot is vergrendeld.
gebruiksaanwijzing van de voertuigfabrikant.
Deur van de bestuurderscabine
binnen
gebruiksaanwijzing van de voertuigfabrikant.
57
6
Wonen