Sluiten:
1. Venster aan de greep (Afb. 48/1) sluiten tot de vergrendeling kort voor de
2. Greep van de vergrendeling (Afb. 49/1) richting midden venster drukken vasthouden.
3. Venster volledig sluiten.
4. Greep van de vergrendeling (Afb. 49/1) loslaten. De vergrendeling moet in de
6.4.2
Uitzetraam
Bij het uitzetten van het uitzetraam, erop letten dat geen verdraaiingen optreden.
Bij elke bediening van de vergrendelingshendel de beveiligingsknop (zie
Afb. 50
CAR-0001-02NL
bevestigingsclip (Afb. 49/2) staat.
bevestigingsclip (Afb. 49/2) inzwenken.
Uitzetramen gelijkmatig uitzetten en sluiten.
paragraaf 6.4.2.1) indrukken.
Uitzetraam
1
Raamuitzetter
2
Vergrendelingshendel met beveiligingsknop
69
6
Wonen