9 Ingebruikneming
Na de vulprocedure moet de waterdruk van de CV-instal-
latie minstens 0,02 MPa (0,2 bar) boven de tegendruk
van het membraanexpansievat (ADG) liggen (P
P
+ 0,02 MPa (0,2 bar)).
ADG
> Als zich na het beëindigen van het testprogramma P.6
nog teveel lucht in de CV-installatie bevindt, start het
testprogramma dan opnieuw.
> Controleer alle aansluitingen op lekkages.
9.3.4
Te lage waterdruk vermijden
Om schade aan de CV-installatie door te geringe water-
druk te vermijden, is de ecoTEC exclusiv met een water-
druksensor uitgerust.
De CV-ketel signaleert bij het onderschrijden van 60 kPa
(0,6 bar) waterdruk het druktekort met een knipperende
drukwaarde op het display.
30
Als de waterdruk een waarde van 0,03 MPa (0,3 bar)
onderschrijdt, dan schakelt de CV-ketel uit.
Het display toont de foutmelding "F.22".
installatie
> Om de CV-ketel opnieuw in gebruik te nemen, vult u
water bij.
> Als u vaak een drukdaling vaststelt, dan dient u de
oorzaak te zoeken en te verhelpen.
9.3.5
Warmwatersysteem vullen en ontluchten
> Om het warmwatersysteem te vullen, opent u alle
warmwatertappunten tot er water uit komt.
Als uit alle warmwatertappunten water komt, is het
warmwatercircuit volledig gevuld en ontlucht.
9.3.6
Condensaatsifon vullen
a
Gevaar!
Mogelijke vergiftigingen door lekkende
rookgassen!
Door een lege of niet voldoende gevulde con-
densaatsifon kunnen rookgassen in de ruimte-
lucht ontsnappen.
> Vul voor de ingebruikneming van de CV-
Afb. 9.3 Condensaatsifon vullen
Zo vult u de condensaatsifon op een deskundige manier:
> Schroef het onderstuk (1) van de condensaatsifon af.
> Vul het onderstuk voor 3/4 met water.
> Schroef het onderstuk weer aan de condensaatsifon.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC exclusiv 0020130717_01
ketel de condensaatsifon.
1