Zo sluit u de CV-aanvoer en de CV-retour op een deskun-
dige manier aan:
1
2
3
Afb. 6.1 CV-aanvoer en CV-retour aansluiten
> Gebruik voor de aansluiting van de CV-ketel aan de
CV-aanvoer en de CV-retour van de CV-installatie de
onderhoudskranen van de aansluitconsole (1) of als
toebehoren verkrijgbare onderhoudskranen.
> Als u geen aansluitconsole gebruikt, gebruik dan
afzonderlijke aansluitingsgarnituren voor de aanslui-
ting van CV-aanvoer en CV-retour.
> Schroef de aanvoer (2) aan de voorgeïnstalleerde
onderhoudskraan vast.
> Schroef de retour (3) aan de voorgeïnstalleerde
onderhoudskraan vast.
6.3
Condensaatafvoerleiding aansluiten
a
Gevaar!
Levensgevaar door het lekken van rook-
gassen!
Door een lege of niet voldoende gevulde con-
densaatsifon kunnen rookgassen in de ruimte-
lucht ontsnappen.
> Zorg ervoor dat de condensaatsifon bij het
inschakelen van de CV-ketel met water
gevuld is.
a
Gevaar!
Levensgevaar door het lekken van rook-
gassen!
Door een dichte verbinding te maken tussen
de afvalwaterleiding en condensaatafvoerlei-
ding kan de interne condensaatsifon leegge-
zogen worden.
> Verbind de condensaatafvoerleiding niet
dicht met de afvalwaterleiding.
Bij de verbranding ontstaat condensaat in de CV-ketel.
De condensaatafvoerleiding leidt het condensaat via een
afvoertrechter naar de afvalwateraansluiting.
Installatie- en onderhoudshandleiding ecoTEC exclusiv 0020130717_01
Hydraulische installatie 6
1
2
Afb. 6.2 Condensaatafvoerleiding
> Hang de condensaatafvoerleiding van de CV-ketel (1)
in de voorgeïnstalleerde afvoertrechter (2).
> Als u de condensaatafvoerleiding verlengt, gebruik
dan alleen toegestane afvoerbuizen volgens
DIN 1986-4.
6.4
Boiler aansluiten
> Sluit de boiler volgens de bijbehorende installatie-
handleiding op de ecoTEC exclusiv aan.
17