Maximumaantal
10 enveloppen
25 vellen met etiketten
Aandachtspunten
•
De enveloppen die u gebruikt, zijn geschikt voor inkjetprinters.
•
De afdrukzijde van de enveloppen is naar beneden en met de flap
naar links gericht, zoals wordt weergegeven.
•
U plaatst de enveloppen in het midden van de lade, zoals wordt
aangegeven met het pictogram. U plaatst de enveloppen verticaal
en tegen de achterzijde van lade 1.
•
U drukt de enveloppen met de liggende afdrukstand af.
•
De papiergeleiders zijn tegen de linker-, rechter- en onderzijde van
de enveloppen geschoven.
•
U hebt het juiste envelopformaat geselecteerd. Als het juiste
envelopformaat niet beschikbaar is, selecteert u het eerstvolgende
formaat. Stel in dat geval de linker- en rechtermarge zodanig in dat
de tekst op de juiste plaats op de envelop wordt afgedrukt.
Waarschuwing: gebruik geen enveloppen met sluitkoordjes en
metalen klemmetjes of sluitingen.
Opmerkingen:
•
Plaats geen enveloppen met gaten, perforaties, uitsparingen of
reliëf.
•
Gebruik geen enveloppen met naar boven gevouwen plakranden.
•
Enveloppen moeten langer drogen. Verwijder afzonderlijke
enveloppen zodra ze uit de printer komen en laat ze drogen.
Hiermee voorkomt u dat de inkt gaat vlekken.
•
U gebruikt volledige etiketvellen. Bij gedeeltelijke vellen (met
ontbrekende etiketten) kunnen de etiketten tijdens het afdrukken
losraken, waardoor het papier kan vastlopen.
•
U gebruikt etiketvellen van het formaat A4 of Letter.
•
De afdrukzijde van de etiketten is naar beneden gericht.
•
De bovenkant van de etiketten wordt eerst ingevoerd.
•
De papiergeleiders zijn tegen de linker-, rechter- en onderzijde van
de etiketvellen geschoven.
Opmerking: Etiketten moeten langer drogen. Verwijder afzonderlijke
etiketvellen zodra ze uit de printer komen en laat ze drogen. Hiermee
voorkomt u dat de inkt gaat vlekken.
87