Contacten en instellingen
UItvoeren van systeem-
onderhoud
Unit informatie weergeven
U kunt de instellingen voor de unit weergeven.
1.
Druk op [Menu].
•
Het Menuscherm wordt weergegeven.
2.
Gebruik [
][
] om "Instellingen" te selecteren
en druk op [Enter].
•
Het systeeminstellingen-scherm wordt
weergegeven.
3.
Druk tweemaal op [
•
De derde pagina wordt weergegeven.
4.
Gebruik [
][
] om "Systeeminfo." te selecteren
en druk op [Enter].
•
Het unit-informatiescherm wordt weergegeven
(Blz. 83).
5.
Druk op [Home].
•
Het Beginscherm wordt weergegeven.
Controleren van geavanceerde
funkties
U kunt controleren welke funkties door software
verbetering zijn geactiveerd (Blz. 110).
1.
Druk op [Menu].
•
Het Menuscherm wordt weergegeven.
102
Bedieningshandleiding
].
2.
Gebruik [
][
] om "Instellingen" te selecteren
en druk op [Enter].
•
Het systeeminstellingen-scherm wordt
weergegeven.
3.
Druk tweemaal op [
•
De derde pagina wordt weergegeven.
4.
Gebruik [
][
] om "Verbetering" te selecteren
en druk op [Enter].
•
Het bevestigingsscherm van de verbeterde
funktie zal verschijnen.
Opmerking
•
Funkties die al zijn geactiveerd worden als
volgt weergegeven in "Geactiveerde
functies":
–
"4-Point Connection": de funktie voor
video-conferentiegesprekken met
meerdere partijen wordt ingeschakeld
(alleen KX-VC300).
–
"1080 Full HD": de funktie voor
beeldverzending in Full HD resolutie wordt
ingeschakeld (alleen KX-VC300).
–
"Niet geregistreerd": er zijn geen funkties
geactiveerd.
5.
Druk op [Home].
•
Het Beginscherm wordt weergegeven.
Het netwerk testen
U kunt bepalen of een netwerkverbinding tot stand kan
worden gebracht via een speciaal IP-adres.
].