Gedetailleerde controle van de afzonderlijke componenten (het toestel altijd spanningsvrij scha-
kelen!)
1. Condensaatafvoer (de vlotterschakelaar is geactiveerd en heeft de algemene storingsmelding veroorzaakt)
• De installatie via de werkschakelaar buiten bedrijf stellen.
• De condensaatpomp (nabij de retourlucht filter onderaan) controleren.
• Is de stekkerverbinding van de pomp vastgeklikt?
• De vlotterschakelaar verwijderen, optisch controleren, evt. door uitwassen reinigen.
• De installatie via de werkschakelaar opnieuw in bedrijf stellen.
De storingsbevestiging uitvoeren op de BML en de deuren opnieuw sluiten.
Het condensaat wordt weggepompt.
→ De installatie start opnieuw na ca. 1 minuut, de storingsmelding is verholpen.
• De storingsmelding is niet verholpen, een verdere hieronder beschreven controle uitvoeren.
2. De motorbeveiliging van de toevoerlucht / retourlucht motor is uitgevallen en heeft de algemene storing geactiveerd
• De installatie via de werkschakelaar buiten bedrijf stellen.
• Bij de linkse versie van de CGL het schot links (4 schroeven) verwijderen, bij de rechtse versie van de CGL het schot rechts
verwijderen.
• De stekkerverbinding van de motoren controleren.
• Op de klemmenlijst in de schakelkast de aansluitingen NC/COM nameten om te kijken of het contact doorgeschakeld is
(ohmmeter, pieper). Wanneer het contact gesloten is, werd de motorbeveiliging geactiveerd.
• De ventilator laten afkoelen tot het thermocontact weer sluit, en controleren op vervuiling.
• De installatie via de werkschakelaar opnieuw in bedrijf stellen.
De storingsbevestiging uitvoeren op de BML en de deuren opnieuw sluiten.
→ De installatie start opnieuw na ca. 1 minuut, de storingsmelding is verholpen.
• De storingsmelding is niet verholpen, een verdere hieronder beschreven controle uitvoeren.
3. De brandmelder is uitgevallen en heeft de algemene storingsmelding geactiveerd
• De installatie via de werkschakelaar buiten bedrijf stellen.
• Is de stekkerverbinding van de brandmelder vastgeklikt?
• De brandmelder resetten.
• De installatie via de werkschakelaar opnieuw in bedrijf stellen. De storingsbevestiging uitvoeren op de BML en de deuren
weer sluiten.
→ De installatie start opnieuw na ca. 1 minuut, de storingsmelding is verholpen.
Wanneer al deze controlemaatregelen de storingen niet oplossen, moet de klantendienst van de fabriek worden geïn-
formeerd.
Alle andere foutmeldingen worden in tekstvorm op het display (van de BML) weergegeven, raadpleeg hiervoor de eigen
bedieningshandleiding van de regeling (CGL).
3063413_201812
9. Storingsmeldingen
17