3. Voor het loskoppelen de toets (Afb. 63/4) indrukken en greep (Afb. 63/3) kantelen.
4. Rolhor (Afb. 63/2) van het verduisteringsrolgordijn (Afb. 63/1) losmaken.
5. Verduisteringsrolgordijn en insectenrolhor zoals beschreven openen/sluiten (zie
6.5.4
Skyroof-dakluik voor T-model
6.5.4.1
Skyroof-dakluik openen/sluiten
Sluit dakluik en open rolgordijnen voordat u gaat rijden.
Bij zonlichtinstraling in het algemeen de rolhor en het verduisteringsrolgordijn ge-
Sluit het verduisteringsrolgordijn overdag max. 2/3 om oplopende hitte te vermij-
Bij stilzetten van het voertuig gedurende een langere periode de rolgordijnen geo-
Dakluik bij sterke wind/regen niet openen.
Dakluik bij sneeuwval en regen sluiten.
Afb. 64
Openen:
1. De vergrendelingshendel (Afb. 64/1) ontgrendelen. Daarvoor telkens de beveiligings-
2. De vergrendelingshendel (Afb. 64/6) ontgrendelen.
3. Open het dakluik tot de gewenste stand.
4. Dakluik met de kartelschroef (Afb. 64/2) op de aan de zijkant aangebrachte uitzetters
CAR-0002-01NL
hoofdstuk 6.5.1.2).
bruiken.
den.
pend laten.
Skyroof-dakluik
knop indrukken.
door (Afb. 64/3) vastzetten.
6
Wonen
79