3
Vóór vertrek
3.9.1.1
Noodontgrendeling instaptrede
Bij storingen kan de instaptrede handmatig bediend worden.
Voor werkzaamheden aan de instaptrede de stroomtoevoer onderbreken. Daar-
Afb. 12
1. Aan de onderkant van de instaptrede beide borgveren (Afb. 12,1) eraf trekken.
2. Beide aandrijfstangen (Afb. 12,3) van de vergrendelbouten (Afb. 12,2) losmaken.
3. Aandrijfstangen met elkaar verbinden (bijv. met draad), zodat ze niet in de behuizing
4. Instaptrede met de hand tot de aanslag inschuiven.
5. Instaptrede met bijbehorend bevestigingsclip tegen eruit glijden beveiligen.
Nadere gegevens en aanwijzingen over de noodontgrendeling van de instaptrede
3.10
Ramen / dakluiken / kleppen / deuren
Voor aanvang van de reis onder alle omstandigheden alle hierboven genoemde in-
Uitzetramen mogen tijdens het rijden niet open staan.
Neem de betreffende gebruiksaanwijzing in acht.
Wanneer een satellietontvanger aanwezig is, moeten de dakluiken in het draaibe-
32
voor de 25 A-zekering op het elektroblok eruit trekken (zie hoofdstuk 7.8).
Noodontgrendeling instaptrede
glijden.
vindt u in de meegeleverde gebruiksaanwijzing van de fabrikant.
bouwdelen sluiten en vastzetten.
reik van de satellietantenne gesloten zijn.
CAR-0002-01NL