6.12
Kleppen- en deursluitingen
Controleer vóór vertrek of alle kleppen en deuren goed zijn gesloten en vergren-
6.12.1
Schuifdeurbeslag (vouwdeur)
Afb. 94
Schuifdeur (vouwdeur) openen/sluiten:
1. Op de vergrendelingsknop (Afb. 94/1) drukken en zo schuifdeur (vouwdeur) vergren-
2. Greep (Afb. 94/2) eruit trekken.
3. Schuifdeur (vouwdeur) openen resp. sluiten.
CAR-0002-01NL
deld. Dit voorkomt dat voorwerpen uit de kastjes vallen en schade aan de deurslui-
tingen.
Schuifdeurbeslag (vouwdeur)
delen resp. ontgrendelen.
6
Wonen
107