Hydraulische aansluitingen en koelmiddel
Werking onder vacuüm
A
A Openen
B
Sluiten
1
1
Opgetrompte klep gaszijde
2
Vacuümpomp
3
Manometergroep
– Open de afsluitklep (1) een beetje
gedurende enkele seconden en sluit
hem weer ("Afb. 54").
– Koppel de vacuümleiding van het
apparaat los.
– Open beide afsluitkleppen volledig.
44 / NL
B
3
BP
B
C
A
1
2
BP Lage druk waarschuwing
AP Hoge druk
– Plaats de doppen van de kleppen
terug en draai ze op de juiste manier
aan.
– Gebruik een lekdetector voor koel-
middel om te controleren of er geen
lekken in de afsluitkleppen en dop-
pen zijn.
Lucht en vocht in het koelcircuit heb-
ben nadelige gevolgen voor de werking
van de eenheid.
De werking onder vacuüm wordt uitge-
voerd in de aansluitleidingen tussen de
externe en interne eenheid, om vocht
en niet-condenseerbare gassen uit het
systeem te verwijderen.
Als de omgevingsluchttemperatuur la-
ger dan 10°C is, dan moet het drievou-
dige vacuüm worden uitgevoerd (zie de
paragraaf "Drievoudig vacuüm").
Raadpleeg voor het openen en het slui-
Afb. 53
ten van de opgetrompte kleppen die
beschreven worden in de volgende pa-
ragrafen afbeelding "Afb. 53".
– Sluit de leidingen aan zoals aangege-
ven in afbeelding "Afb. 54".
– Controleer of alle kranen van de ma-
nometergroep dicht zijn.
– Open de aansluitingen tussen (B) en
AP
(C).
– Schakel de pomp in.
– Bereik het vacuümniveau 200 micron
(0,27 mbar) en houd dit 15 minuten
vast.
– Doe alle kranen van de manometer-
groep dicht.
– Schakel de pomp uit.
– Controleer of de druk na 10 minuten
niet hoger is dan 210 micron (0,28
mbar). Als de druk hoger is dan deze
waarde, controleer dan de aansluitin-
gen en herhaal de evacuatie (vacu-
Afb. 54
umniveau: 200 micron (0,27 mbar)).
– Als de lengte van de installatie min-
der is dan 20 m, dan is er geen extra
lading nodig. Ga als volgt te werk.
a
Als de doppen van de klep-
pen niet worden terugge-
plaatst en aangedraaid, kan
dit lekkage van koelvloei-
stof veroorzaken. Bescha-
dig de interne onderdelen
van de klepdoppen niet,
omdat deze fungeren als
afdichting om lekken van
koelvloeistof te voorkomen.