Enveloppen met kleefrand of flappen
Enveloppen met een verwijderbare kleefstrook of met meer dan één
flap die gevouwen moet worden om de envelop te sluiten, moeten van
een kleefmiddel voorzien zijn dat de hitte en de druk van de fuser-rollen
in de printer kan weerstaan. De extra flappen en stroken kunnen tot
kreukelen of vouwen leiden of papierstoringen veroorzaken.
Envelopmarges
De volgende tabel geeft de normale adresmarges aan voor DL- en
Commercial nr. 10 enveloppen.
Type adres
Afzender
Bestemmingsadres
Voor de beste afdrukkwaliteit mogen de marges tussen de tekst en de
Opmerking
rand van de envelop niet kleiner dan 15 mm zijn.
Enveloppen bewaren
Het correct bewaren van enveloppen draagt bij tot een betere
afdrukkwaliteit. Enveloppen moeten plat opgeslagen worden. Als er
lucht in een envelop blijft zitten en er zich een luchtbel vormt, kan dit
tijdens het afdrukken tot kreukelen leiden.
Kaarten en zwaar papier
Vanuit lade 1 kunnen diverse soorten kaarten worden afgedrukt, met
inbegrip van indexkaarten en briefkaarten. Sommige kaarten geven
betere resultaten dan andere, omdat de afwerking beter geschikt is
om door een laserprinter te worden gevoerd.
Voor de beste printerprestaties mag u geen papier gebruiken dat
zwaarder is dan 199 g/m in lade 1 of 105 g/m in de andere laden.
Papier dat te zwaar is kan verkeerd worden ingevoerd, problemen
geven met stapelen en leiden tot papierstoringen, slecht smelten van
de toner, slechte afdrukkwaliteit en sterke mechanische slijtage.
Men kan op zwaarder papier afdrukken als de lade niet helemaal vol
Opmerking
is en kortvezelig papier met een gladheid van 100 tot 180 Sheffield
wordt gebruikt.
DU
Bovenmarge
15 mm
51 mm
Papierspecificaties 217
Linker marge
15 mm
89 mm