Basiskennis
Draai de instelknop aan de voorzijde naar
rechts.
1k>2k>4k>8k>16k
• Als u de instelknop aan de voorzijde naar links draait nadat
het beeld vergroot is, wordt de vergroting kleiner.
• Wanneer u de vergroting verandert, verschijnt de aanduiding
van de zoompositie A gedurende ongeveer 1 seconde en
kan de positie van de vergrootte sectie verwijderd worden
door op 3/4/2/1 te drukken.
• Hoe meer het beeld vergroot wordt, hoe slechter de kwaliteit
ervan wordt.
• Wanneer u de af te beelden positie verplaatst, verschijnt de
aanduiding van de zoomstand gedurende ongeveer
1 seconde.
∫ De afgebeelde opname schakelen terwijl u de terugspeelzoom behoudt
U kunt het weergegeven beeld schakelen terwijl u dezelfde zoomvergroting en
zoompositie behoudt voor de terugspeelzoom.
Ga naar beeldselectie door de instelknop aan
de voorzijde tijdens de weergavezoom in te
drukken en selecteer beelden met behulp van
2/1.
• Telkens wanneer de instelknop aan de voorzijde wordt
ingedrukt tijdens de weergavezoom, schakelt u tussen
beelden selecteren en zoompositie verplaatsen.
Aantekening
• U kunt tevens de opname-informatie enz. wissen op de LCD-monitor/Zoeker tijdens
terugspeelzoom door op [DISPLAY] te drukken.
• Gebruik de bijwerkfunctie om het vergrote beeld op te slaan. (P141)
• Het kan zijn dat de terugspeelzoom niet werkt als de opnamen met andere apparatuur zijn
gemaakt.
• De zoomvergroting en de zoompositie worden geannuleerd wanneer het toestel uitgezet wordt
(inclusief stroombesparingsfunctie).
• De zoompositie keert terug naar het midden in geval van de volgende beelden.
– Opnamen met verschillende aspectratio's
– Opnamen met verschillende aantallen pixels
– Opnamen met een andere draairichting (als [LCD ROTEREN] is ingesteld op [ON])
• Terugspeelzoom kan niet gebruikt worden tijdens terugspelen van bewegend beeld of beelden
met terugspelen van geluid.
58
VQT2A68
De terugspeelzoom gebruiken
A