∫ Als het [CHARGE] lampje knippert
• De batterij is te heet of te koud. Het zal langer duren dan normaal om de batterij op te laden.
Het kan ook zijn dat de batterij niet helemaal opgeladen wordt.
• De polen op de lader of op de batterij zijn vuil. Wrijf ze in dit geval schoon met een droge doek.
Aantekening
• Geen andere AC-kabels gebruiken dan de meegeleverde kabel.
• Maak de oplader los van het stopcontact nadat het opladen voltooid is.
• De batterij wordt warm na het gebruik/laden of tijdens het laden. Ook de fotocamera wordt
warm tijdens het gebruik. Dit is echter geen storing.
• Een volle batterij raakt leeg als u deze lang niet gebruikt.
• De batterij kan weer opgalden worden ook wanneer deze nog niet helemaal leeg is, maar het is
niet aan te raden dat de batterij vaak even bijgeladen wordt terwijl de batterij vrijwel helemaal
opgeladen is. (De batterij heeft eigenschappen die zijn werkingsduur zullen reduceren en de
batterij zullen doen opzwellen.)
• Wanneer de bedrijfstijd van de camera extreem kort wordt zelfs als de batterij goed opgeladen
is, zou de levensduur van de batterij aan zijn eind kunnen zijn. Koop een nieuwe batterij.
• Laat geen metalen voorwerpen (zoals clips) in de buurt van de contactzones van de
stroomplug. Anders zou er een brand- en/of elektrische shock veroorzaakt kunnen
worden door kortsluiting of de eruit voortkomende hitte.
Over de batterij
∫ Batterijaanduiding
De batterijaanduiding verschijnt op de LCD-monitor/Zoeker.
[Het lampje wordt niet weergegeven als u de camera gebruikt terwijl de AC-adapter
is aangesloten.]
• De weergave wordt rood en gaat knipperen wanneer de batterij bijna leeg is. (Het statuslampje
knippert ook) Laad de batterij opnieuw op of vervang haar door een nieuwe batterij.
∫ Levensduur van de batterij
Aantal beelden
300 opnamen
Opnametijd
Opnamevoorwaarden volgens CIPA-standaard
• CIPA is een afkorting van [Camera & Imaging Products Association].
• Temperatuur: 23 oC/Vochtigheid: 50% wanneer de LCD-monitor aan staat.
• Als u een Panasonic SD-geheugenkaart (512 MB) gebruikt.
• De geleverde batterij gebruiken.
• Gebruik de 14 – 140 mm/F4.0 – 5.8 lens die bij DMC-GH1K zit.
• 30 seconden nadat de camera is aangezet, starten met het maken van opnamen. (Als de
optische beeldstabilisatorfunctie op [MODE1] staat.)
• Om de 30 seconden opnemen, met volle flits om het tweede beeld.
• Het toestel om de 10 opnamen uitzetten. Het toestel niet gebruiken totdat de batterijen
afgekoeld zijn.
¢
In de functies Auto Power LCD en Power LCD kunnen minder opnamen worden gemaakt.
(P34)
Het aantal opnamen verschilt afhankelijk van de pauzetijd tussen de opnamen. Als
de pauzetijd tussen de opnamen langer wordt, neemt het aantal opnamen af.
(opladen/Aantal opnamen)
Ongeveer
Ongeveer
150 min.
(Met CIPA-standaard in programma-AE-functie)
Voorbereiding
(P23)
¢
21
VQT2A68