De sluitertijd/het diafragma handmatig instellen
Sluitertijd:
Pas de sluitertijd aan bij het opnemen van snel bewegende objecten.
Diafragma:
Pas de lensopening aan als het scherm te helder of te donker is.
≥ Zet de AUTO/MANUAL-schakelaar op MANUAL. (l 58)
1
Druk op de camerafunctieknop
en selecteer [SLUITERTIJD] of
[DIAFRAGMA] door de ring te
draaien. (l 64)
CAM FUNC
2
Bevestig uw keuze door op de
knop voor camerafuncties te
drukken.
3
Stel in door de ring te draaien.
A Sluitertijd:
1/50 tot 1/8000
≥ Als [SLTR AUT. LANG.] is ingesteld op [AAN],
wordt de sluitertijd ingesteld tussen 1/25 en
1/8000.
≥ Hoe dichter bij de 1/8000 hoe sneller de
sluitertijd.
B Diafragma/Gain-waarde:
CLOSE # (F16 tot F2.0) # OPEN # (0dB tot
18dB)
≥ Waarde dichtbij [CLOSE] resulteert in een
donkerder beeld.
≥ Waarde dichtbij [18dB] resulteert in een
helderder beeld.
≥ Wanneer de diafragmawaarde wordt ingesteld
op helderder dan [OPEN], verandert de gain-
waarde.
68
VQT1T71
4
Bevestig uw keuze door op de
knop voor camerafuncties te
drukken.
≥ Selecteer [TERUG] met de ring en druk
nogmaals op de camerafunctieknop om de
instellingen af te ronden.
≥ Zet de AUTO/MANUAL-schakelaar op AUTO
om de automatische instelling te herstellen.
≥ Bij het aanpassen van zowel de sluitertijd als
diafragma/gain-waarde, stel dan eerst de
sluitertijd in en vervolgens diafragma/gain-
waarde.
De sluitertijd handmatig instellen
≥ Als u de sluitertijd handmatig korter maakt, kan
de ruis op het scherm toenemen.
≥ Mogelijk is een lichtband zichtbaar rondom een
onderwerp dat zeer helder verlicht is of veel
licht weerkaatst.
≥ Tijdens het normaal afspelen kunnen de
video's schokkerig zijn.
≥ De kleur of helderheid van het beeld verandert
mogelijk of u ziet mogelijk horizontale strepen
op het beeld als het voorwerp wordt
opgenomen in een zeer lichte omgeving of
onder tl-licht, kwiklicht of natriumlicht enz.
Gebruik in dit geval de automatische stand
voor het maken van opnamen of stel de
sluitertijd in op 1/100 in gebieden met een
vermogensvoedingsfrequentie van 50 Hz, of
op 1/125 in gebieden met een
vermogensvoedingsfrequentie van 60 Hz.
Diafragma/gain handmatig instellen
≥ Het luminantieniveau en histogram worden
weergegeven tijdens het instellen van het
diafragma. Het is tevens mogelijk deze niet
weer te geven. (l 62)
≥ Als de gain-waarde is gestegen, stijgt ook de
ruis op het scherm.
≥ Afhankelijk van het zoombereik, kan het
diafragma niet worden weergegeven.