Geavanceerd
5
Opnemen
(Geavanceerd)
Selecteer de bedieningspictogrammen om verschillende effecten aan de opgenomen
beelden toe te voegen.
¬ Verander de functie naar
1
Raak
aan om de
F
bedieningsiconen op het
beeldscherm weer te geven.
F
≥ Raak rechtsonder op het beeldscherm 1
aan om van pagina te veranderen en raak
/
aan om de bedieningsicoon wel/
F
F
niet weer te geven.
Bedieningspictogrammen
*1
Faden
Intelligent contrast controle
*1
PRE-REC
PRE-REC
*1
Smile shot
Ingebouwde flits
Rode-ogenreductie
Zelfontspanner
Intelligente belichting
Tegenlichtcompensatie
Soft skin mode
Tele macro
Richtlijn
Kleur nachtzicht
Instelling volume hoofdtelefoon
*1 Het wordt niet weergegeven in de
opnamewijze voor foto's.
Opnamefuncties van de
bedieningsiconen
of
A
*1, 2
*3
*2, 3
*3
*2, 3
*2
*1, 2
*4
.
2
(bijv. Tegenlichtcompensatie)
Selecteer een
bedieningspictogram.
F
≥ Selecteer het bedieningspictogram
nogmaals om de functie te annuleren.
≥ Raadpleeg de betreffende pagina's voor
het annuleren van de volgende functies.
j Smile shot (l 55)
j Zelfontspanner (l 56)
j Ingebouwde flits (l 55)
*2 Het wordt niet weergegeven in de
intelligent auto mode.
*3 Het wordt niet weergegeven in de
opnamewijze voor video's.
*4 Het wordt alleen weergegeven wanneer
een hoofdtelefoon op de uitgang van de
hoofdtelefoon aangesloten is.
≥ Indien u de stroom uitschakelt of de mode
op
, PRE-REC zet, zullen de functies
kleurnachtzicht, tegenlichtcompensatie,
zelfontspanner en telemacro gewist worden.
≥ Indien u de stroom uitschakelt, wordt de
fade-functie gewist.
≥ De instelling is mogelijk vanuit het menu.
(Behalve PRE-REC, on/off van de richtlijn
en volumeregeling van de hoofdtelefoon)
≥ Nadat [Display] op [UIT] gezet is, en
gedurende enkele seconden geen handeling
verricht wordt, zal de bedieningsicoon
verdwijnen. Raak het scherm aan om de
icoon opnieuw weer te geven.
A
53
VQT2N49