Inhoudsopgave
Advertenties
Menu
Onderdeel
Focusmethode
Autofocusstand
AF-hulplicht
AF/MF-instellingen
A1
MF-autozoom
Scherpe contouren
*1
Autom. lichtmeting
*1
ND-filter
Vervormingscorrectie
Hooglichtcorrectie
A2
Instellingen
D-range
Schaduwcorrectie
Ruisond. hoge ISO-wrd
Selecteert de autofocusstand
*1
of handmatige focusstand.
Selecteert de autofocusmethode
*1
in de stand v.
Stelt in of het AF-hulplicht moet worden
gebruikt tijdens automatische
scherpstelling op donkere locaties.
Vergroot de weergave op de monitor en
maakt het eenvoudiger scherp te stellen
op het onderwerp.
Benadrukt de omtrek van het onderwerp
waarop u scherpstelt en maakt het
*1
gemakkelijker om de scherpstelling
te controleren.
Selecteert het gedeelte van de sensor dat
moet worden gebruikt voor lichtmeting
en het bepalen van de belichting.
Instellen of de ND Filter die in het objectief
ingebouwd is, gebruikt wordt.
Vermindert vervormingen en chromatische
*1
aberraties die optreden als gevolg van
objectiefeigenschappen.
Breidt het dynamisch bereik uit en
*1
voorkomt overbelichte gebieden.
Breidt het dynamisch bereik uit en
*1
voorkomt onderbelichte gebieden.
Selecteert de ruisonderdrukkingsinstelling
voor het maken van opnamen met een
hoge ISO-gevoeligheid.
Functie
Standaardinstelling
Pagina
v
p.47
Meerdere AF-
p.47
punten
Aan
p.47
Uit
p.49
Uit
p.49
Meervlaks
p.44
Uit
-
Aan
-
Auto
p.59
Auto
Auto
p.43
1
17
Advertenties
Inhoudsopgave
