Weergavestand
De gemaakte opname en opname-informatie worden
1
weergegeven in de enkelbeeldweergave van de
weergavestand.
Druk op G om het type informatie te wijzigen dat wordt
weergegeven in de enkelbeeldweergave. Gebruik CD
om het type te selecteren en druk op E.
100-0001
100-0001
1/
1/
2000
2000 F2.8
F2.8
200
200
+0.3
+0.3
Enkelbeeldweergave
(Standaard infoweergave)
Standaard
infoweergave
Gedetailleerde
infoweergave
Histogramweergave
12
G
Standaard infoweergave
Standaard infoweergave
1/
1/
2000
2000 F2.8
F2.8
200
200
Scherm voor selectie
van het display van
de weergave-info
De gemaakte opname,
de bestandsindeling,
de belichtingsparameters,
en de indicaties van de
bedieningsaanwijzingen
worden weergegeven.
Op het scherm worden details van
de opname-instellingen en het tijdstip
van de opname weergegeven. (p.13)
De gemaakte opname
en het helderheidshistogram
worden getoond. (p.13)
Niet beschikbaar tijdens
het afspelen van video's.
RGB-
histogramweergave
Geen infoweergave
tMemo
• Het scherm dat is geselecteerd in het scherm voor selectie
100-0001
100-0001
van het display van de weergave-info, wordt weergegeven
in de weergavestand wanneer de camera wordt uitgezet
en weer wordt aangezet. Indien [Display weergave-info]
ingesteld is op [Uit] bij [Geheugen] in het menu A3, dan
verschijnt het [Standaard infoweergave] altijd als eerste
+0.3
+0.3
wanneer de camera wordt aangezet. (p.84)
De gemaakte opname en het RGB
histogram worden getoond. (p.13)
Niet beschikbaar tijdens het afspelen
van video's.
Enkel de opname wordt
weergegeven.