Inhoudsopgave
Advertenties
2.4.5. Smoorspoelregeling
De lichtboog wordt geregeld via de aansluiting van de werkstukkabel op de twee Dix-aansluitingen op het voorpaneel.
De aansluiting op het korte symbool geeft een lichtboog die speciaal is bedoeld voor het lassen van dunne platen en ferro-
metalen met draad van 0,6 - 1 mm en CO ² -beschermgas. De aansluiting op het lange symbool is bedoeld voor dikkere draad
en in het bijzonder voor aluminium en roestvaste materialen. De lastoepassing is meestal bepalend voor de keuze van de meest
geschikte aansluiting en deze dient dan ook proefondervindelijk te worden bepaald.
2.4.6. Werking van de koelventilator
De koelventilator op het achterpaneel van de Kempoweld 3200-installatie wordt gestart en gestopt afhankelijk van de toepassing
en gestuurd door de pistoolschakelaar en de stuurkringen. Hij wordt gestart ongeveer 15 s nadat het lassen is begonnen en
ong. 10 min van het laseinde of het activeren van de thermische beveiliging gestopt.
Het toestel mag niet worden afgezet met behulp van de hoofdschakelaar alvorens de koelventilator
automatisch is gestopt.
In onbelaste toestand start de koelventilator niet.
2.4.7. Accessoirekastje
In het accessoirekastje in het deksel van de stroombron bevinden zich bij levering plastic-doorvoerpijpjes voor het lassen
van aluminium en roestvast staal. Daar bevinden zich ook de schroeven en isolatiehulzen voor het blokkeren van het
draadaanvoereenheid WIRE 400.
2.4.8. Draadaanvoerinstelling
2.5. VOLT- / AMPÈREMETER MSD-1
Voor het monteren van de MSD-1 eenheid verwijdert u de afdekplaat op het voorpaneel van het toestel. De platte kabel op de
afdekplaat wordt aangesloten op de betreffende aansluiting van de MSD-1 eenheid. Met keuzeschakelaar kunt u kiezen tussen
weergave van spanning of stroom. In onbelaste toestand wordt enkel spanning aangegeven omdat er dan geen lasstroom is.
De spanningswaarde is de spanning tussen de lasaansluitingen of de poolspanning van het toestel. De waarde van de
vrijloopkring is van niet veel belang voor het lassen, zodat de meter wordt ingesteld volgens de lastoepassing. De indicatie van de
vrijloopspanning wijkt 2 - 3 V af van de effectieve spanning. Tijdens het lassen wijkt de poolspanning en de lichtboogspanning
wegens kabel- en andere verliezen af van de poolspanning. Bij laswaarden die binnen de normen vallen wijkt de effectieve
spanning ±4 % of ±0,2 V af van de nominale waarde.
De effectieve stroomwaarde wijkt ±2,5 % of ±2 A af.
De meeteenheid geeft de draadaanvoersnelheid niet aan. De MSD-1 eenheid vereist geen calibratie van de Kempoweld-
stroombron.
Schakelaarposities: V = Spanning, A = Stroom.
2.6. KOELEENHEID
De Kempoweld 3200W is voorzien van een ingebouwde koeleenheid.
2.6.1. Inbedrijfstelling van de koeling
De koeleenheid wordt op het pistool aangesloten met de waterslangen die op de draadaanvoereenheid zijn gemonteerd. In
de kabelpakketten bevinden zich waterslangen die op de draadaanvoereenheid worden gemonteerd. Raadpleeg hiervoor de
gebruiksaanwijzing van de Kempoweld WIRE draadaanvoereenheden.
Voor de montage dient u te controleren of er geen vuil, metaalpoeder, rubberdeeltjes e.d. in de slangen zitten. De aansluitingen
voor slangen en koeleenheid worden gemarkeerd door rode of blauwe ringen of punten. Blauw is voor water dat van de
koeleenheid naar het pistool wordt gevoerd en rood voor water dat van het pistool terugvloeit naar de koeleenheid.
8 – KEMPOWELD 3200, 3200W / 0543
De draadaanvoer wordt ingesteld met behulp van de potentiometer op het
bedieningspaneel van de draadaanvoereenheid Kempoweld WIRE 400. De instelling
staat beschreven in de gebruiksaanwijzing van de draadaanvoereenheid.
© KEMPPI OY
Advertenties
Inhoudsopgave
