Inhoudsopgave
Advertenties
3. STORINGEN
Bij storingen gaat u te werk zoals hieronder beschreven.
Wanneer de storing niet kan worden opgelost, moet u de installatie controleren zoals beschreven onder "Inbedrijfstelling" en
"Onderhoud". Neem hiervoor contact op met een erkende KEMPPI-werkplaats.
De pomp start niet met de testschakelaar:
– controleer de zekering op het voorpaneel van de koeleenheid
– controleer de zekering op het achterpaneel van de stroombron
– controleer de stand van de keuzeschakelaar voor de koelstand
– controleer stand van de hoofdschakelaar
Het water circuleert niet door de keuzeschakelaar te bedienen:
– controleer het waterpeil in het reservoir
– draai de aansluiting van de retourwaterslang van het pistool op de achterwand van de koeleenheid los en bedien de
testschakelaar
Wanneer water wordt gepompt, sluit u de aansluiting opnieuw aan en bedient u nogmaals de testschakelaar.
Een goede raad: blaas perslucht in het reservoir; de vulopening kan met de hand worden gesloten.
Het water wordt gepompt maar loopt niet terug in het reservoir of de retourstroming is te zwak:
– het vullen van het kabelpakket kan verscheidene minuten duren
– wanneer u het pistool of het kabelpakket enkele meters hoger dan de stroombron hebt getild, gebeurt het vullen veel
langzamer. Vul de slangen op vloerhoogte
– controleer alle aansluitingen
Het water wordt gepompt maar tijdens het lassen licht het rode controlelampje voor de waterdruk op
en de installatie valt stil:
– controleer het koelwaterpeil en de retourstroming naar het reservoir
– er zitten luchtbellen of lekken in het systeem; controleer vooral de aansluitingen van de koeleenheid
– de instelwaarde van de drukschakelaar (ong. 1 bar) is ongeschikt voor de pistolen die u gebruikt
1. Open het zijpaneel. In het midden bovenaan de drukschakelaar die op de pomp is aangesloten, bevindt zich een schroef
voor het instellen van de limietwaarde.
2. Bedien de pomp met de testschakelaar tijdens het instellen.
3. Draai na ong. 5 seconden zorgvuldig aan de schroef tot het controlelampje dooft.
4. Controleer het lasresultaat.
5. Wanneer de storing niet verdwijnt door instelling en controle, moet u contact opnemen met een erkende KEMPPI-
onderhoudswerkplaats.
Tijdens het lassen licht het gele controlelampje voor oververhitting op en valt de installatie stil:
– laat de pistoolschakelaar los. Wanneer het lampje dooft, is de functie automatisch hersteld
– controleer of u met een geschikt pistool werkt
– controleer de aansluitingen op de lasstroomkring
4. ONDERHOUD
De bedrijfs- en vooral de omgevingsomstandigheden zijn bepalend voor de onderhoudsbehoeften. Preventief
onderhoud garandeert een storingsvrije werking zonder onvoorziene onderbrekingen.
Kabels
Controleer dagelijks de staat van las- en stroomkabels. Gebruik nooit beschadigde kabels!
Ga na of de netsnoeren beantwoorden aan de geldende voorschriften!
Netsnoeren mogen uitsluitend door een erkend elektricien worden gerepareerd en gemonteerd.
Stroombronnen
OPGELET! Trek de stekker van de stroombron uit het stopcontact alvorens de afdekplaat te verwijderen.
10 – KEMPOWELD 3200, 3200W / 0543
© KEMPPI OY
Advertenties
Inhoudsopgave
