Bedieningshandleiding GRANIT-artikel: 37270766
5.2.2 Opsporen van zekeringen
In een gebouw met meerdere woningen gebruikt u de aansluitingen L en N van een wandcontactdoos in een
willekeurige woning om de signalen van de zender te versturen (zoals afgebeeld in afb. 3-2-2) en stelt u de
zendcapaciteit van de zender in op een geschikt niveau.
Randvoorwaarden:
Schakel alle zekeringen in de verdeelkast uit.
Sluit de zender aan zoals afgebeeld in afb. 3-2-2.
Pagina25 van 35
Houd u absoluut aan de veiligheidsvoorschriften wanneer
u de zender aansluit op spanningvoerende
stroomkringen.
1. De identificatie en positionering van zekeringen is in
hoge mate afhankelijk van de bedradingssituatie in
de verdeelkast. Om zo nauwkeurig mogelijk naar
zekeringen te zoeken, moet u de afdekking van de
verdeelkast openen of afnemen en de
stroomvoorzieningsleiding van de zekering
opzoeken.
2. Bij het zoeken is de zekering met de sterkste en
stabielste signalen de zekering die u zoekt. Vanwege
signaalkoppeling kan de zoeker ook signalen van
andere zekeringen opsporen, maar de sterkte van
deze signalen is meestal relatief gering.
1. Om het beste zoekresultaat te behalen, kunt u
tijdens het zoeken het beste de sensor van de zoeker
in de invoeropening in de zekeringenkast steken.
2. Stel de zendcapaciteit van de zender zodanig in dat
deze is aangepast aan de verschillende zoekradii.
Selecteer op de ontvanger de Handmatige modus en
een geschikte ontvangstgevoeligheid om de
stroomkring nauwkeurig te lokaliseren.