Bedieningshandleiding GRANIT-artikel: 37270766
modus zet en de juiste gevoeligheid selecteert.
5.1.4 Opsporen van leidingsonderbrekingen met twee zenders
Bij het lokaliseren van een leidingsonderbreking met behulp van een zender die vanaf één geleidereinde van
stroom wordt voorzien, kan het voorkomen dat onderbrekingen vanwege een veldstoring door ongunstige
omgevingsomstandigheden niet exact kunnen worden gelokaliseerd. Bovengenoemde beperkingen kunnen worden
omzeild door twee zenders (aan ieder einde één) te gebruiken voor het opsporen van leidingsonderbrekingen. In
dat geval worden beide zenders ingesteld op een andere leidingcode, bijvoorbeeld zender 1 op code F en zender 2
op code C. (Een tweede zender met een andere leidingcode is niet inbegrepen in de leveringsomvang en moet
afzonderlijk worden besteld.)
Randvoorwaarden:
De stroomkring mag niet stroomvoerend zijn.
Alle ongebruikte leidingen moeten op een aarding zijn aangesloten zoals afgebeeld in afb. 3-1-4.
Sluit beide zenders aan en gebruik deze zoals afgebeeld in afb. 3-1-4.
Voer de handelingen uit zoals omschreven in het toepassingsvoorbeeld.
Wanneer de zenders zijn aangesloten volgens afb. 3-1-4, geeft de ontvanger C aan de linkerkant de
leidingsonderbreking weer. Wanneer de ontvanger over de onderbrekingsplaats naar rechts wordt geleid, geeft
deze F weer. Wanneer u boven de onderbreking zit, wordt vanwege de overlapping van de beide zendersignalen
geen leidingcode weergegeven.
Pagina18 van 35
1. Stel de zendcapaciteit van de zender zodanig in dat
deze is aangepast aan de verschillende zoekradii.
2. De gezochte positie kan nauwkeurig worden
vastgesteld wanneer u de ontvanger in Handmatige
modus zet en de juiste gevoeligheid selecteert.